Aanwinsten ruilverkeer G.G. Trimpe Burger-Mekking In de Maasgouw (2002,1) schrijft A. Jacobs het artikel 'De begaafde colorist uit het Rijnland. Leven en werk van kerkschilder August Martin (1837-1901)'. Tussen 1873 en 1887 was de Duitse kerkschilder August Martin werkzaam in Roermond. In eerste instantie was hij verbonden aan het befaamde atelier van Cuypers en Stoltzenberg. Vanaf 1879 echter werkte hij als zelfstandig kunstenaar in de bisschopsstad, tot hij in 1887 besloot terug te keren naar Duitsland. Gedurende zijn vijftien Roermondse jaren maakte Martin een reeks kruiswegstaties, altaren en ontwerpen voor gebrandschilderde ramen, die voor een deel nog steeds Limburgse, Luikse en Duitse kerken sieren. De auteur geeft een overzicht van Martins levensloop, opleiding en oeuvre, met de nadruk op diens werk in Limburg. Saillant (2002,1), uitgegeven door de Stichting Menno van Coehoorn, bevat een artikel over 'De positie van Vlissingen', door D. van Nieuwenhuijzen. Zeeland Bewester Schelde, waartoe de beide Bevelanden en Walcheren behoorden, vormde in de dertiende eeuw inzet van een machtsstrijd tussen de graven van Vlaanderen en Holland. Uit deze periode dateert een charter van 1247, het eerste bewijs van het bestaan van de nederzetting Vlissingen. In de zestiende eeuw kende Vlissingen een tijd van voorspoed en groeide uit tot een gefortificeerde vestingstad. In 1 547 verrees fort Rammekens, in 1548 het Keizersbolwerk aan de haveningang. Tijdens de Tachtigjarige oorlog gaf Alva in 1571 opdracht tot de bouw van een citadel om stad en haven te kunnen beheersen. In de woelige jaren met wereldwijde strijd speelde het gebied rondom de Schelde een aanzienlijke rol; voor de Franse politiek was het beheersen van de Schelde van essentieel belang. De geschiedenis van Vlissingen als vestingstad door de tijd heen wordt door Van Nieuwen huijzen behandeld tot na de Tweede Wereld oorlog. Na de bevrijding van Antwerpen op 4 september 1944 was het voor de Duitsers van belang Walcheren met de haven van Vlissingen te behouden, en op 5 september verklaarde Hitier Walcheren tot 'Festung'. Na onophoudelijke bombardementen gaf de 'Kommandant der Festung Walcheren' zich op 6 november over in Middelburg, samen met 2000 Duitse militairen. In Vlissingen en omgeving zijn ook nu nog bewijzen te vinden van de belangrijke militaire rol die de stad sinds eeuwen heeft vervuld. 'Spiegeltje, spiegeltje aan de wand, wie is de mooiste van het land?' is een artikel van S. Sereni in het Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde (2002,1). Het behandelt de rol van de moederfiguur en het diametraal daaraan tegengestelde vaderbeeld in het werk van Charlotte Mutsaers. In interviews komt Mutsaers steeds op haar problemen met haar moeder terug, en ook in essays schrijft ze er geregeld over. De problematiek van een liefdeloze moeder en daardoor verlies van zelfvertrouwen bij een dochter, zien we in het werk van de auteur steeds weer voor de dag komen. Sereni schenkt eerst aandacht aan de genoemde inteiviews en essays, en houdt zich daarna bezig met de ouders van de vrouwelijke hoofdfiguren in De Markiezin en in Rachels rokje. In De Markiezin worden de personen niet uitgebreid beschreven, zodat het hoofdthema van Mutsaers niet helemaal uit de verf lijkt te komen. In de roman Rachels rokje echter krijgt de ordelijke, autoritaire moeder als tegenbeeld van de chaotische, tedere vader de plaats die we in het meeste werk van de auteur zullen herkennen. Na het bespreken van deze romans van Mutsaers gaat Sereni nog in op een recent boek, Zeepijn, waarin een soort 'verzoening' tussen de dochter en de moeder op haar sterfbed een belangrijk gegeven is. De mogelijkheid bestaat dat het moedermotief in de toekomst een minder cruciale rol in het werk van deze boeiende auteur zal gaan spelen. In Heemschut (2002,2), het tijdschrift van de Bond Heemschut, komen dilemma's bij de bescherming van monumenten ter sprake zoals handhaving van authenticiteit versus gebruiks eisen. Veel aandacht krijgt de restauratie van 108 Aanwinsten ruilverkeer

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2002 | | pagina 30