lieten missen, jaargetijden en andere kerkelijke diensten verrichten. Door het leiden van een goed leven konden zij zich voor een groot deel voorbereiden op de dood. Na hun overlijden konden zij daarmee doorgaan via diverse testamentaire beschikkingen. Voorbeelden hiervan zijn het laten opdragen van een mis of een jaargetijde.'7 De heren van Veere hebben in de Mariakapel een aantal jaargetijden gesticht. Wolfert VI stichtte een eerste jaargetijde voor zijn eigen zielenheil en een tweede waarbij ook werd gebeden voor zijn tweede echtgenote Charlotte de Bourbon.'8 Hendrik II van Borsele fundeerde ook een aantal diensten in de Mariakapel. Hij fundeerde zeven jaargetijden die tot in de eeuwigheid moesten worden gezongen door zes kanunniken, een lof ter ere van Maria, diensten en zielmissen.'9 Naast de stichting van kerkelijke diensten was het verrichten van de werken van barmhartigheid eveneens een beproefd middel om een plaats in de hemel te verdienen. Een voorbeeld is het laten uitdelen van voedsel of kleding aan armen tijdens uitvaart- en memoriediensten, wat min of meer gebruikelijk was voor wie genoeg geld bezat.20 Wolfert vi van Borsele fundeerde twee jaar getijden waarna een brooduitdeling aan de armen plaatsvond.2' Schenking van glas-in-loodramen Hendrik II, Wolfert vi van Borsele en bodewijk van Brugge schonken in de vijftiende eeuw vier glas-in-loodramen aan de Mariakapel.22 De glasramen bevonden zich allen in het koor met het glas van Hendrik n in het midden. Aan de noordzijde werden twee glazen van Wolfert VI geplaatst en aan de zuidzijde het raam van bodewijk van Brugge. Op een van de glazen van Wolfert stonden waarschijnlijk gebedsportretten van zichzelf met zijn beide vrouwen Mary Stuart en Charlotte de Bourbon.23 Het is niet bekend wanneer de schenkingen zijn gedaan. In ieder geval was dit voor het jaar van overlijden van de schenkers: Hendrik II (+1474), Wolfert VI (+1487) en bodewijk (+1492). Indien een kerk of klooster in korte tijd meerdere glazen ontving, dan hielden de schenkingen verband met een nieuwe bouwcampagne.24 Het is niet zeker of dit ook in de Mariakapel het geval was, omdat zeer weinig bekend is over de bouwactiviteiten. Op alle ramen waren de wapenschilden van de kwartierstaten van de heren aangebracht.25 In de Mariakapel, die door de heren werd gebruikt als grafkerk, fungeerden de glazen als memorievoorstellingen. Ze vormden een verbeelding van de verbondenheid tussen de levenden en de doden. Wapenschilden speelden hierin een belangrijke rob Ze waren bijzonder geschikt als herkenningsteken voor families op de langere termijn en om de voorouders collectief te gedenken. Via de schilden toonde de schenker zich bovendien een gulle gever en verhoogde hij daarmee zijn aanzien.26 De glas-in-loodramen zijn inmiddels verloren gegaan en er bestaan geen afbeeldingen van. Schenking van liturgisch zilver De heren van Veere schonken een groot aantal zilveren voorwerpen aan de Mariakapel. Hieronder bevonden zich twee reliekhouders: een groot zilveren Madonnabeeld en een reliekhouder in de vorm van een engel. De engel droeg in zijn handen een kleine kristallen houder met een doornreliek en om zijn hals een hanger Figuur 3. Wapenschild van Hendrik II van Borsele. Ileere vau der Veere. De heren van Veere en de Mariakapel 139

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2002 | | pagina 21