aankopen uit het archief van het Genootschap
kunnen voorwerpen worden herkend en in
ere worden hersteld.
Daarmee komen we aan de tweede eis die in deze
tijd aan een historische verzameling moet worden
gesteld. Goede inventarisatie en registratie
zijn essentieel voor de realisatie van alle andere
plannen. Eerst moet duidelijk zijn wat het
Genootschap precies bezit, waar het zich bevindt
en in welke staat het verkeert. Conservatoren en
projectgroepen werken momenteel hard aan het
vervolmaken van de registratie. Daarna kunnen
voor de verschillende deelcollecties catalogi
worden gemaakt. Classificatie en ordening zijn
cruciaal voor een historische verzameling.
De veelal uit de negentiende eeuw stammende
catalogi zijn dringend aan actualisering
en aanvulling toe. Binnen enkele jaren zal een
aantal nieuwe catalogi worden gepubliceerd.
Op die manier kunnen de collecties aan een
breder publiek bekend worden gemaakt.
Een zakelijke registratie is evenwel niet voldoende
om de mogelijkheden van deze verzameling ten
volle te benutten. Er valt nog veel meer te weten
over de objecten. Een historische positionering
is belangrijk voor een historische verzameling.
De manier waarop verzamelaars naar hun
collectie kijken en deze samenbrengen en
ordenen, zegt iets over de manier waarop zij
naar de wereld kijken. Daarom moet niet alleen
worden nagegaan wie het object vervaardigde
en wie het gebruikte, maar ook wie het heeft
geschonken en waarom het werd verzameld.
Het Zeeuws Genootschap beschikt daartoe over
een aantal belangrijke bronnen, waaronder de
notulen van vergaderingen die als onderdeel van
het Genootschapsarchief worden bewaard.
Daarin valt bijvoorbeeld te lezen dat de eerste
schenking, in 1771, voor het kabinet van
naturaliën, gedaan door directeur Johannes
Mauritz - een fraaie collectie dieren op sterk
water, mineralen en fossielen - nadrukkelijk in
verband werd gebracht met het al eerder
genoemde religieuze motief: de luisterrijke
tentoonstelling van de wijsheid en grootheid
van de Schepper. Men hoeft niet eens tussen
de regels door te lezen om te zien met welk
enthousiasme de heren zich aan het bijeen
brengen van de verzameling hadden gezet.
Juist de verzameling van het Zeeuws Genootschap,
die vanaf het begin zo breed is opgezet,
leent zich uitstekend voor een historische
positionering. Nadelig in dit verband is wel dat
de eenheid die de oudste verzameling kenmerkte,
verloren is gegaan in een drang tot specialisatie.
Die drang is wel begrijpelijk vanuit het oogpunt
een en ander beheersbaar te houden, maar zaken
die bij elkaar hoorden zijn hierdoor over verschil
lende deelcollecties verspreid geraakt. Door
bronnen uit de verschillende collecties opnieuw
aan elkaar te koppelen, kan veel meer bekend
worden over de objecten, waardoor de historische
waardering ervan zal toenemen. Binnen de
deelcollecties zijn tal van dwarsverbanden te
leggen. Die kunnen algemeen-thematisch van
aard zijn. Voor de achttiende-eeuwse collectie
zijn thema's als handel en religie denkbaar.
Er zijn ook heel directe verbanden tussen
objecten in de verschillende collecties aan te
wijzen. Een Japans tafelklokje dat in 1780 door
Moens werd geschonken en nu aan het Zeeuws
Museum in bruikleen is gegeven, trok al vroeg
de aandacht door het bijzondere raderwerk dat
niet met een slinger maar met een balans werd
aangedreven. Dit object vormde voor Kluit van
Rijnsaterwoude aanleiding om er in 1794 een
33 bladzijden tellende beschrijving aan te wijden,
die zich in de handschriftencollectie in de
Zeeuwse Bibliotheek bevindt.
Om de verzamelingen op hun volle waarde te
schatten is veel onderzoek nodig. Daarin ligt niet
alleen een taak voor de conservatoren en leden
van projectgroepen die zich in Genootschaps-
verband intensief (en op vrijwillige basis) met de
verzamelingen bezighouden. Resultaten mogen
ook verwacht worden van het onder de aandacht
brengen van de collecties in een bredere
kring van wetenschappers. Daartoe moeten de
contacten met universiteiten worden geïnten
siveerd. Het bevorderen van bestudering van
objecten ten dienste van de wetenschap is een
van de twee doelstellingen die het Genootschap
in de statuten aan zijn verzamelingen heeft
verbonden.
Wanneer een voorwerp goed geregistreerd is en we
de achtergronden ervan kennen, kan het op
zinvolle wijze aan de buitenwereld getoond
worden. Dan kan de tweede doelstelling worden
verwezenlijkt: het benutten van de grote
cultuurhistorische waarde van de verzamelingen.
Dat kan op allerlei manieren. Te denken valt aan
de organisatie van tijdelijke tentoonstellingen,
de uitgave van publicaties en de ontsluiting
van de collectie via het internet. Binnen het
verenigingsverband van het Genootschap wordt
al veel aandacht aan de verzamelingen besteed.
Het tijdschrift Zeeland wijdt in elke aflevering
148
Van zwervend goed tot erfgoed