voertuigtype' door W. Renaud, en in 'De boerderij uit Varik. Een stukje Tielerwaard in het bos' door H. Nuijten e.a. In dit laatste stuk onderzoeken verschillende medewerkers de bewotiings- en gebruiksgeschiedenis van de genoemde boerderij, waarbij ingegaan wordt op de landbouwhistorie en de ontwikkelingsgeschiedenis van de boerderijtypen in het betreffende gebied. De Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden stuurde het Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde (2002, 2), met een interessant artikel: 'Menegherande wijshede angaende surgijne ende medecine' (auteur E.Huizenga). Het gaat over een bijzondere deel overlevering van Jan Ypermans Cyrurgie. Jan Yperman was een bekende Vlaamse chirurg uit de veertiende eeuw, waarvan twee bekende teksten zijn bewaard: de Cyrurgie en de Medicina. Aan de hand van een nauwkeurige vergelijking van de deel overlevering met de oorspronkelijke tekst van de Cyrurgie wordt geprobeerd een beeld te schetsen van de com pilator ervan, van zijn beslissingen en motieven: hoe ging de compilator om met Ypermans tekst, wat veranderde hij en waarom? Een tweede stuk door L. Decloedt heet 'Van Weenen begint voor mij de victorie'. Het gaat over Frederik van Eeden, die zijn hele leven contact zocht met mensen met dezelfde kijk op mens en maatschappij als hijzelf. Veel van die mensen kwamen uit het Duitse taalgebied, waar hij de erkenning vond die hem in Nederland naar zijn mening lang onthouden bleef. Het gaat in het artikel over contacten met Oostenrijkse schrijvers en de receptie van zijn werk in Oostenrijk. De Artis Bibliotheek uit Amsterdam stuurde alle nummers van de jaargang 2001, vol. 70 van Bijdragen tot de Dierkunde tegelijk. Alle artikelen, en de bijbehorende samenvattingen zijn in het Engels geschreven. Het eerste nummer geeft een aardig artikel: 'Individuality in the female songs of wild Silvery Gibbons (Hylobates moloch) on Java, Indonesia' (R. Dallmann en T. Geissmann). Alle soorten gibbons produceren vroeg in de ochtend 'songs'; bij Silvery Gibbons lijkt het of zij verschillen van de andere soorten doordat meestal slechts de vrouwtjes zingen en het mannelijk lied ongewoon is. Het nummer eindigt met een stuk door E.M.A. de Looze: 'Eug. Dubois and punctuated evolution: letters to H. Engel'. Dit artikel behandelt 23 brieven van de bekende zoöloog professor Marie Eugène Frangois Thomas Dubois (1858-1940), hoogleraar aan de universiteit van Amsterdam, die hij schreef aan zijn leerling en opvolger professor H. Engel. De brieven gaan veelal over de kritiek op de ontdekking waardoor Dubois bekend geworden is: de ontdekking van een schedeldak, enkele kiezen en een dijbeen, die hij benoemde als 'the missing link' ('Java Man', Pithecanthropus erectusHij deed zijn vondst tijdens opgravingen op Java in 1891 en 1892. Uit de laatste brieven blijkt dat de oudere Dubois kwetsbaar en onzeker was geworden door alle kritiek op zijn theorie. Volgens de auteur was Dubois een groot wetenschapper, met veel van zijn opvattingen zijn tijd ver vooruit. Hoewel hij moeilijk van zijn mening kon afstappen bleef hij in de correspondentie hartelijk en vriendelijk. Toevallig is in het tijdschrift Grondboor en Hamer (oktober 2002) van de Nederlandse Geologische Vereniging, een interessant artikel gepubliceerd van P. Storm: 'Javamens geen voorouder van de Aboriginals: een ecologische kijk op een oud vraagstuk'. In dit artikel wordt veel aandacht geschonken aan de ontdekking door Dubois, die volgens de auteur een bijzonder belangrijke impuls was voor de wetenschap die zich bezighoudt met fossiele resten van mensachtigen, de paleoantropologie. Het tijd schrift Grondboor en Hamer is in de Zeeuwse Bibliotheek te raadplegen. Het Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap zond Jaarboek '00-'01. Het boek opent met het artikel 'Alexander Michiels van Kessenich 1800-1863' door Lou Spronck. De grootvader van deze Alexander was Jan Alexander die het in dienst van de Oranjes had gebracht tot rentmeester en drossaard van het ambt Montfort. Zijn zoon Henri die hem opvolgde had onder Napoleon en Willem i zijn Aanwinsten ruilverkeer 159

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2002 | | pagina 41