Aanwinsten ruilverkeer G.G. Trimpe Burger-Mekking De Maasgouw, tijdschrift voor Limburgse geschie denis en oudheidkunde 1 (2003) bevat een artikel van P. te Poel en A. Truyen: 'Jan van Steffenswert (circa 1460-circa 1530) nog beter "uit de verf". Door recente ontdekkingen in de middeleeuwse archieven van Maastricht werd interessante informatie bekend over het leven en werk van de boeiende kunstenaar Van Steffenswert. We kennen uit die tijd geen enkele beeldsnijder die zo'n groot aantal gesigneerde werken heeft nagelaten. In het Bonnefanten- museum is in 2000/2001 een tentoonstelling georganiseerd van werk van de meester zelf, van zijn atelier en van zijn navolgers. Er werd een grootscheeps onderzoek op kunsthistorisch en materiaaltechnisch gebied verricht en veel van zijn beelden in kerken, musea en particuliere verzamelingen zijn onderzocht. Een groot gedeelte van het artikel gaat over het zoge naamde Balbinabeeld van Millen, dat in 1997 voor het eerst werd bestudeerd. Balbina, de dochter van de heilige Quirinus, ligt naast haar vader begraven in Rome aan de Via Appia. De levens van Quirinus en Balbina worden onder andere beschreven in een bundel met heiligenle vens: de Legenda Aurea. De geschiedenis wordt hier opnieuw verteld, gevolgd door alle gegevens over het beeldhouwwerk zelf: materiaal, poly chromie, bewerking, versiering, beschadigingen enzovoort. Bij het tijdschrift is een index gevoegd van de jaargang 2002. 2003: het jaar van de boerderij! Naar aanleiding hiervan wijden redacties van verschillende tijdschriften aandacht aan oude, met name gerestaureerde boerderijen, in Heemschut (april 2003) staan artikelen over de imposante Groningse boerderijen, de stolpboerderijen in Noord-Holland en de krimpjesboerderijen, 'spultsjes' genaamd, in Friesland. Vijftig jaar geleden waren er twee keer zoveel boerderijen ais nu. Wat er nog over is, vervalt dikwijls, want het onderhoud zorgt voor grote financiële problemen. Volgens het Centrum voor Landbouw en Milieu (clm) hebben steeds meer boeren belangstelling voor cultuurhistorisch landschaps beheer en onder financiële voorwaarden zijn ze wel bereid hun monumentjes te koesteren. Maar geld voor die koesterende zorg is er niet. Ook bijklussende boeren krijgen aandacht in Heemschut, zoals forellenkwekers en honden pensionhouders. Traditie, tijdschrift over tradities en rituelen (voorjaar 2003) is eveneens gericht op de boer derij en haar bewoners. De Nederlandse landelijke bouwkunst heeft zijn wortels volgens dit tijd schrift in het vroege agrarische verleden, zo'n vierduizend jaar terug. Al in de Bronstijd en de Ijzertijd waren er met stro of riet gedekte woonstalhuizen. Het unieke van de 'lage landen' aan de zee is hierin gelegen dat deze archaïsche opzet een ononderbroken ontwikkeling heeft gekend tot in onze tijd. De ontwikkelingen van de Nederlandse boerderijtradities worden in hoofdlijnen geschetst en daardoor krijgen we een indruk van de rijke variatie aan traditionele boerderijen die ons land nog steeds rijk is. Ook de boerenstand in de Middeleeuwen komt in het tijdschrift uitvoerig aan de orde, waarbij drie hoofdgroepen onderscheiden worden: vrije boeren, onvrije boeren en onvrije arbeiders. De vrije boeren konden in een eigen boerderij wonen, de twee andere groepen woonden op de domeinen, de landgoederen van heren, die geestelijken konden zijn of leken. De Beegderheide is een gevarieerd bos- en heide gebied op de westelijke oever van het Maasdal ter hoogte van Roermond. Karakteristiek in het gebied zijn het grote aantal vennen en de heide- en stuifzandmilieus. Het Natuurhistorisch Genootschap in Limburg, uitgever van het Natuurhistorisch Maandblad heeft in mei 2003 een prachtig themanummer uitgebracht, helemaal gericht op deze Beegderheide. In 1997 is men begonnen met de uitvoering van een herstelplan voor het gebied. De puur op houtproductie gerichte dennenakkers worden geleidelijk omge vormd tot natuurlijker bossen, en heideterreinen en vennen worden hersteld. Er zijn artikelen over recente ontwikkelingen van flora en vegetatie in en langs de vennen, over korstmossen en over de terugkeer van de witte waterranonkel. Ook de broedvogels, de amfibieën, reptielen en libellen worden behandeld in diverse artikelen. De 112 Aanwinsten ruilverkeer

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2003 | | pagina 38