Aanwinsten historisch-topografische
atlas Zelandia lllustrata
I.H. Vogel-Wessels Boer
In 2003 is de Zelandia lllustrata weer met enkele
nummers uitgebreid. In wat volgt wordt een
drietal daarvan genoemd.
Aanwinst 705
Gezicht op de ruïne van het kasteel te Sluis en
het veer Sluis-Cadzand. Aquarel in 1821 vervaar
digd door J. Callenfels P.W. zoon (1781-1850).
28 x 48 cm. Over de tekenaar van deze afbeel
ding is bijzonder weinig bekend. Jacobus
Callenfels zag in 1781 te Middelburg het levens
licht als zoon van Pieter Willem Callenfels en
Maria Suzanna Lombard. Jacobus trouwde in
1806 te Sluis met Adrienne Baden. In de huwe
lijksakte wordt als beroep schilder vermeld.
In de Zelandia lllustrata bevinden zich nog twee
andere aquarellen gemaakt door Jacobus.
In opdracht van Filips van Bourgondië (Filips de
Stoute) werd omstreeks 1386 op kosten van
Frankrijk begonnen met de bouw van het kasteel
te Sluis, dat vooral bestemd was voor de controle
en zo nodig belemmering van de handel tussen
Brugge en Engeland. De bouw van het kasteel
stond onder leiding van Dreue de üampmartin,
die de Bastille te Parijs, klaargekomen in 1382,
als voorbeeld nam. Door zijn buitengewone
afmetingen en sterkte overtrof het kasteel alle
toen bestaande vestingwerken langs de kusten
van Vlaanderen en Frankrijk. In 1405 liet Jan
van Bourgondië op de schorren tegenover het
kasteel een klein kasteel bouwen, de zogenaamde
Toren van Bourgondië. Het Zwin kon nu door
middel van een ketting tussen beide gebouwen
afgesloten worden. Door verzanding van de
haven van Sluis en verbetering van de kanonnen
werd het kleine kasteel steeds minder func
tioneel. In 1 537 viel het besluit het af te breken.
Het grote kasteel kreeg in de zestiende eeuw
daarentegen extra versterkingen. Door slecht
onderhoud verkeerde het kasteel begin achttiende
eeuw in zo'n bouwvallige staat dat besloten werd
van alle torens die geen dak meer hadden de
bovenverdiepingen af te breken en in te richten
als geschutsbastions.
In de loop van de geschiedenis is Sluis meer dan
eens belegerd. Zo ook in 1794, toen de republiek
der Nederlanden in oorlog met Frankrijk was.
De Fransen bombardeerden de stad, nadat zij die
op 9 juli tevergeefs hadden opgeëist, vier weken
lang voordat de stad capituleerde. Nadat besloten
was de vestingwerken te slechten, begonnen
de Fransen direct al het hout, ijzer, lood en
arduinsteen uit het kasteel te slopen en bliezen
een gedeelte van de muren met buskruit op.
Aangezien liet verder slopen zeer moeizaam
verliep, werd het werk gestaakt en bleef de
resterende bouwval tot 1820 staan. In dat jaar
verkocht het domeinbestuur de kasteelruïne
voor afbraak. Driehonderd werklieden waren
maandenlang met de afbraak bezig. Het uit
graven van de fundamenten heeft daarna nog
jarenlang werk bezorgd aan een paar arbeiders.
De vrijgekomen stenen werden in hoofdzaak
gebruikt als stortsteen ter versterking van oevers
langs de Westerschelde.
Nu, anno 2003, rest van het eens zo imposante
kasteel slechts een heuveltje, de verhoogde
binnenplaats, langs de weg van Sluis naar
Groede. Het veer van Sluis naar Cadzand bestond
al in de zestiende eeuw. Het vertrok te Sluis
achter het kasteel. Door inpolderingen in het
Zwin is het veer omstreeks 1845 opgeheven.
Figuur 1.
Zelandia lllustrata, aanwinst 705. Gezicht op de ruïne van
het kasteel te Sluis en het veer Sluis-Cadzand. Aquarel in
1821 veivaardig'd door J. Callenfels P.W. zoon (1781-1850).
28 x 48 cm.
iOOSTIILT.O
liWiSi..Vl.\ANI)E!tER.
30
Aanwinsten