I
dingszaak, vermoedelijk omdat het als 'correctie'
op het vrouwelijke gedrag slechts grond bood
voor een scheiding van tafel en bed. In dat geval
zou ze formeel met Willem getrouwd blijven;
hertrouwen was er dan niet bij.15
De inzet was daarom: nietigverklaring van het
huwelijk en wel omdat het huwelijk nooit
'geconsumeerd' was geweest. De kwestie draaide
om de vraag wiens schuld dat was. Vroedvrouw
Janna Bals werd derhalve op verzoek van
Susanna van Buuren bij Anna Elisabeth ontboden
om de jonge dame aan een inwendig onderzoek
te onderwerpen. Dat gebeurde op 6 mei 1745.
Vijf dagen later legde de vroedvrouw een
getuigenis af. Zij verklaarde 'dat haar Ed. allesints
is, gelyk een vrouw is en weezen moet, niet te
naauw of te eng maar bekwaam, om met een
man gemeenschap te hebben.'16 Omdat de verkla
ring niet bevredigend werd bevonden - mogelijk
werd de kennis van zaken van de vroedvrouw
in twijfel getrokken - moest Anna Elisabeth zich
een nieuw onderzoek laten welgevallen, deze
keer door de Vlissingse arts Isaak Hendrik de
Bruas. Ook hij constateerde dat de 'Membrana
Hymen [het maagdenvlies] nog niet uitgerekt
ofte gescheurt' was maar dat 'de voornoemde
Dame bequaam en in staat is, om met Mans
vleeschelyke gemeenschap te konnen hebben.'17
In het proces in eerste aanleg voor het gerecht
van Middelburg voegde Anna Elisabeth hieraan
toe dat 'de voorschreeven consommatie daar van
[van het huwelijk], nimmer door haar, of door
haar toedoen is verhindert geworden.'18
Aangenomen dat dit naar waarheid is, zou Willem
dan impotent zijn, vroegen de Middelburgse
schepenen zich af. Op die vraag moet Anna
Elisabeth gebloosd hebben, want, aldus het
rechtbankverslag, ze was door 'haar Eds. deugde-
lyke Educatie zoo timide gebleeven, dat
dezelve buiten staat [was], om na waarheid, de
vraagen van den ondergeschreevene te beandt-
woorden, ja zelfs met geen ja, of neen.'19 Waren
de schepenen onder de indruk van haar maagde
lijke onschuld? Zij oordeelden dat Willem moest
laten onderzoeken 'in wat voegen deszelfs
mannelyke leeden uiterlyk zyn geconstitueert.'20
De Bruas en chirurgijn F. Ritsaart examineerden
vervolgens 'd'externa organa genitalia' en
verklaarden dat er met de geslachtsdelen van
Willem Schorer niets aan de hand was.21 Nu was
Impotentie en frigiditei