mil de zet aan de familie Eversdijk, die vervolgens de deskundigheid van De Bruas in twijfel trok.22 Later zou blijken waarom: zij had zelf op de arts druk uitgeoefend om zijn getuigeverklaring over Anna Elisabeth ten gunste van haar te wijzigen. Ze vond het kennelijk vanzelfsprekend dat De Bruas zijn bevindingen over Schorer eveneens had bijgesteld. Het vonnis liet er geen misver standen over bestaan: het huwelijk werd nietig verklaard, zijnde vanaf het begin 'nul, egeen en van onwaarde.' Prettige bijkomstigheid van een nietigverklaring was dat de voormalige echte lieden onmiddellijk na de uitspraak konden hertrouwen, maar Willem Schorer nam er geen genoegen mee. De boedelscheiding zinde Willem Schorer evenmin. Anna Elisabeth zou alles mogen behouden wat zij voor en tijdens het huwelijk had ingebracht, inclusief de geschenken van Willem Schorer. Voor hem was het vonnis aan leiding om de hele scheidingszaak voor te leggen aan de Hoge Raad in Den Haag.23 De geslachtsdrift van Willem Schorer Voor de Hoge Raad kwamen nieuwe feiten aan het licht. De Bruas bekende dat hij oorspronkelijk een andere verklaring had opgesteld over de fysieke gesteldheid van Anna Elisabeth en dat hij die op verzoek van haar familie had gewijzigd. De familie was immers niet blij met zijn con statering dat Anna Elisabeth alle tekenen droeg 'van als nog Maagd te zyn door de zeer naauwe gesteldheid der deelen' en 'dat 'er nooit genoeg- zaame moeite toe gedaan is, en verzuim van goede raadpleegingen, Natuur en Xonst hulp middelen in het werk gesteld te hebben, zynde ik onderschreevene volkoomen van gedagte, dat de voorn. Dame, door hulp van zulke middelen in staat is om gedefloreert [ontmaagd] te kunnen worden Hadden de Middelburgse schepenen dit geweten, dan was het voor hen duidelijk geweest dat Anna Elisabeth weliswaar een zeer nauwe vagina had, maar dat ze de adviezen van De Bruas over hoe haar wellust op te wekken, in de wind had geslagen.24 Figuur 2. Degene die in de 18de eeuw met de in dit artikel besproken problematiek in de openbaarheid trad, kon met dit soort humor geconfronteerd worden. 'The Inspection', circa 1780. Uit: The Amorous illustrations of Thomas Rowlandson, with an intr. of William G. Smith, 1983. De Haagse raadsheren vertrouwden de arts niet meer en besloten hem nader te verhoren. Had Anna Elisabeth nu wel of geen 'natuur- konst- en hulpmiddelen' nodig, was hun vraag. De Bruas verklaarde over het inwendige onderzoek bij haar, 'dat zyn voorste vinger niet wel konnende inbrengen, als dan zyn duim daar in met geweld inbragt, zoodaanig, dat het bloed op volgde, waar door alreeds een groote verwydering maak te, behalven de opgegeeven raad van middelen, die de Dame heeft konnen in het werk stellen zonder zyne hulpe.' Anna Elisabeth zou alleen 'bekwaam [zijn] voor een, die klein en sterk is.' Of De Bruas haar ook concrete suggesties aan de hand had gedaan voor methoden 'waar door dezelve zig zelfs zou kunnen brengen in staat, om door een Man ten volle bekend te kunnen worden', luidde de volgende vraag. 'Ja', ant woordde hij.25 Via Bernard Siegfried Albinus, Hiernoymus David Gaubius en Adriaan van Rooyen, hoogleraren aan de leidse universiteit die als getuigen-deskundigen Anna Elisabeth eveneens hebben onderzocht, kwam de onder zoekscommissie ter ore wat De Bruas had aangeraden: 'dat zy zig door behulp van een yvoire naaldekooker volkoomen zoude kunnen in staat stellen.'26 Het leek er veel op dat Willem het proces zou gaan winnen. Maar Anna Elisabeth kwam met een nieuwe beschuldiging. Willem had namelijk in woordenwisselingen met haar gezegd dat hij lange tijd niet in staat was geweest met haar noch met andere vrouwen de liefde te bedrijven.27 En dat niet alleen, Willem had op zulk een gewelddadige wijze geprobeerd haar te ontmaagden dat zij genoodzaakt was geweest hem ver van zich af te duwen en zich stevig te verweren.28 Een nieuw onderzoek werd gelast, deze keer door professor Schwencke, dokter Middelbeek en chirurgijn Van Niel,29 maar zover hoefde het niet meer te komen. De vechtende partijen sloten een compromis en legden hun afspraken over de boedelscheiding vast bij notaris Adriaan Paeys.30 In 1750 kwam de Hoge Raad met de uitspraak dat Anna Elisabeth Eversdijk 'het ten uiterste fatale ongeluk heeft gehad van met behoorlyke formaliteit in Facie Ecclesiae [voor de kerk] te zyn getrouwt met Mr. Willem Schorer raadsheer in den Raade van Vlaanderen binnen Middelburg voorn, op den 30 Junyvan den Jaare 1740. Toenmaals nog maar den ouderdom van agttien jaaren bereikt hebbende. Impotentie en frigiditeit 97

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2004 | | pagina 15