uit het feit dat Sluis in die tijd zogeheten gene raliteitsland was. Als onderdeel van Vlaanderen viel dit op de Spanjaarden veroverde gebied onder direct toezicht van de Staten-Generaal. Het dagelijks bestuur ervan, de Raad van Vlaanderen, zetelde in Middelburg. De Staten van Zeeland hadden in Zeeuws-Vlaanderen alleen wat te zeg gen over het Committimus, de streek rond Axel, Terneuzen, Biervliet, Lillo. Het is mogelijk, dat een deel van de Zeeuwse Moren tien jaar na aan komst in Middelburg via de Spanjaarden naar Marokko is gestuurd.22 Verder archiefonderzoek naar deze groep is nog mogelijk.23 Reder Pieter van der Haegen en kapitein Melchior van den Kerckhoven Laten we nu eens kijken naar de Nederlanders die betrokken waren bij de groep Afrikanen die in Middelburg kwam. De economische belangen van de reder van het schip en van de kapitein waren in het geding toen zij 'hun' Moren in Zeeland niet mochten verkopen. Zij probeerden te redden wat er te redden viel. De reder was Pieter van der Haegen, koopman uit Rotterdam. Zijn naam wordt ook gespeld als Pieter van der Haghe, Verhaech, Verhagen en Verhaegen. Hij had het schip naar Middelburg laten brengen, en de Moren waren dus zijn 'lading', totdat de Staten van Zeeland op 15 november 1596 besloten hen vrij te laten. Van der Haegen had eerder in Hamburg gewoond, en in 1591 in Amsterdam.24 Ook in 1594 is Pieter van der Haegen nog in Amsterdam. Hij handelt in 1594 en 1597 in laken.25 Van Amsterdam gaat hij naar Rotterdam, waar hij zich vanaf 1596 in verschillende scheepsondernemingen steekt. Hij wordt getypeerd als een ondernemend, maar weinig voorzichtig man: 'Eerder een speculant dan een degelijk koopman'.26 Ook is hij een ver mogend man; in 1599 bedraagt zijn vermogen 120.000 florijnen. De reizen die hij organiseert in 1599 lopen echter allemaal fout af en Van der Haegen verliest zijn kapitaal en verarmt. Hij gaat in Zeeland wonen: in 1603 woont hij in Middelburg.27 Zijn reputatie wordt er in die jaren niet beter op, zoals bijvoorbeeld blijkt uit een typering door de Leidse professor Baudius in een brief in het Latijn aan Hugo de Groot in 1607 over allerlei schandalen in families uit de koop manswereld. 'Vanderhagio' wordt hierin neergezet als een 'fameus mauvais sujet' ('inclytus nepos'), die niet veel beter was dan een 'Romeinsche slavenbeul' ('tribunus vapularis').28 Melchior van (den) Kerckhoven was kapitein en ad miraal op de schepen van Van der Haegen. Het is heel waarschijnlijk dat deze Van den Kerckhoven het Portugese schip met slaven heeft gekaapt en naar Middelburg gebracht. Van den Kerckhoven had een slechte naam, 'door langs de Afrikaan- sche kust vriend en vijand te plunderen'. In 1599 komt hij daardoor in opspraak, later wordt hij in Venetië gevangengenomen als kaper.29 Pieter van der Haegen rust direct in november 1596 alweer vier schepen uit: St.-Jacob, St.-Pieter, De Zwarte Leeuw, en De Drie Koningen. Zijn finan cier is Hendrick Anthonisz Wissel, in die tijd bekend als 'financieel genie, die zich ook bezig hield met het oprichten van banken'. De schepen staan onder leiding van Melchior/Michiel van den Kerckhoven. De bemanning op deze schepen is Portugees of Spaans, 'omdat die naties alleen in West-lndië mochten handel drijven'. Op het schip De Drie Koningen hebben twee Portugezen, Laurens André en Willem Palmar, de leiding, en er werken een aantal Portugese bootsgezellen. Van der Haegen handelt ook met Portugese kantoren. Zo werkt hij op de Canarische en de Kaapverdische eilanden met Jan de Cabrajos. Zij hebben commiezen in San Thomé, Spiritu Santo en Rio de Janeiro.30 De schepen van Van der Haegen hebben uiteenlopende bestemmin gen. In 1597 rust hij samen met de Rotterdamse bankier Hans van der Veken vijf schepen uit, die via de Straat van Magellaan naar de westkust van Amerika en Oost-lndië worden gestuurd. In 1601 doet Van der Haegen weer mee aan een expeditie van drie schepen naar Oost-lndië. Het levert allemaal veel verlies op.31 Maar ze blijven het proberen. Het motto van Van der Veken is: 'Het geluk is standvastig voor wie het verdient'.32 Ook Van der Haegen blijft dat geluk najagen. Van den Kerckhoven duikt een paar jaar later ook op bij reizen naar onder meer Nova Zembla, de Noordkaap, en ook Noord-Amerika, waar hij in 1609 het gebied aan de Hudsonrivier bereikt.33 Carte blanche van de Staten-Generaal De Staten van Zeeland besloten dus zoals gezegd dat de Moren niet verkocht mochten worden. Daarmee waren de Moren echter nog niet het bezit van de Staten van Zeeland geworden. Wel organiseerden zij de kijkdag in hun eigen bestuursgebouw, het huidige Abdijgebouw in het centrum van Middelburg. Van der Haegen Afrikanen in Zeeland 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2005 | | pagina 20