14.3 tegen de duinenrij gezet. Van de 90 opvarenden konden er 86 worden gered. Eén officier en drie manschappen werden vermist. Luitenant-ter-zee Slegt werd vervolgens belast met het weer vlot krijgen van het schip. Hij huurde de heren G. de Groot en J. Konijn, reders te Egmond, in om het karwei te klaren. Na het graven van een geul werd het schip door blokken, die met lange lijnen aan ver in zee uitgezette ankers waren vastge maakt, langzaam naar zee getrokken. Op 15 mei, dus ruim vijf maanden na de stranding, kwam de Cycloop weer vlot. Weer vijf maanden later werd Herman Dirk Slegt bevorderd tot luitenant-ter zee der eerste klasse.14 Hierna verliep de carrière van Herman Dirk Slegt zon der noemenswaardige gebeurtenissen. In 1856 kreeg hij zijn eerste commando over een schip. Hij was achtereenvolgens commandant van het kuilkorvet Zr. Ms. Boreas, de kanonneerboot Zr. Ms. No. 44. het schroefstoomschip der derde klasse Zr. Ms. Het Loo, het schroefstoomschip der vierde klasse Zr. Ms. Montrado, het raderstoom schip der eerste klasse Zr. Ms. Amsterdam en het transportschip Zr. Ms. Java. Op 1 januari 1866 werd Herman Dirk Slegt bevorderd tot kapitein luitenant-ter-zee. Op 1 oktober 1870 verliet hij op 50-jarige leeftijd de dienst van de Koninklijke Marine. Afgaande op de twee schilderijen waarvoor Herman Dirk Slegt de opdracht tot schilderen heeft gegeven, zullen de ontmoeting met de Maleise zeerovers in 1843 en de stranding van Zr. Ms. Cycloop in 1855 de meeste indruk op hem hebben gemaakt tijdens zijn 33-jarige marine carrière. Jan Frederik Schütz sr., 1817-188815 Jan Frederik Schütz sr. behoorde in de negen tiende eeuw tot de belangrijkste Zeeuwse zee schilders. Hij werd tot schilderen geïnspireerd door de kunstschilder Willem Pauwelsen (1801- 1873) toen deze in de jaren veertig van de negentiende eeuw op de markt van Middelburg aan het werk was. Als tekenaar had Schütz een gedegen opleiding genoten aan de Middel Figuur 2. Raderstoomschip Zr. Ms. Cycloop in een vliegende storm vlak voor dat ze op het strand bij Zandvoort strandt, 1855. Olieverf op doek, 'Stranding van het oorlogsschip Cycloop in de duinen van Zandvoort' door Jan Frederik Schütz (1817-1888), gedateerd 1858. (Bron: Zeeuws Museum, Middelburg') burgsche Teeken-Academie, als schilder was hij echter autodidact. Hij specialiseerde zich in zeeschilderkunst. De zee trok hem onmiskenbaar aan. Aanvankelijk ontwikkelde hij zich in de romantische traditie en koos hij voor dramatische onderwerpen als schipbreuken en strandingen. Daarnaast maakte hij, veelal in opdracht, docu mentaire werken. Het schilderij 'Stranding van het oorlogsschip Cycloop in de duinen van Zandvoort', dat Schütz in 1858 in opdracht van Herman Dirk Slegt maakte, is hiervoor illustratief. In de loop van de jaren zestig liet Schütz de roman tische schilderswijze varen voor een meer rea listische. Hij paste kleuren minder dramatisch toe en stemde ze meer op elkaar af. Hij sloot daar mee aan bij een ontwikkeling die al eerder in de Nederlandse schilderkunst was ingezet. Een goed voorbeeld hiervan is het tweede schilderij dat hij in 1869 voor Slegt maakte, 'Schip Phoenix met Maleise zeerovers in Straat Madoera'. Kort daarna lijkt de verkoop van zijn schilderijen te stagneren. De Zeeuwse markt raakte verzadigd. Veel lokale maritiem geïnteresseerde prominenten, zoals Slegt, hadden inmiddels al werk aange kocht. Schütz schakelde een agent in die zijn schilderijen doorverkocht. Veel van zijn werken belandden zo in het buitenland. In het latere werk van Jan Frederik Schütz zijn invloeden van Barbizon, 'village de peintres', aanwezig, zoals realisme en tonalisme, een stijl waarbij een monochrome kleurstelling overheerst. Ook werden zijn schilderijen losser. Op tentoon stellingen hing zijn werk temidden van impres- sionistisch-realistisch werk van schilders van de Haagse School. Impressionistische schilderijen heeft hij echter niet gemaakt: zijn werk bleef gebaseerd op ervaringen en waarnemingen, zowel van hemzelf als van zijn opdrachtgevers. Zeeroof in Nederlands-lndië en de bestrijding ervan16 ln de negentiende eeuw gingen in Zuidoost-Azië maritieme handel en politieke onmacht hand in hand, waardoor mogelijkheden voor zeeroof zich makkelijk voordeden. Overheden waren nauwe lijks in staat zeeroof te onderdrukken. Voor de negentiende eeuw zijn er drie vormen van zee roof te onderscheiden. De eerste twee verschilden in omvang, maar beide richtten zich op andere gebruikers van de zee: vissers en handelaren. Schip Phoenix 91

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2005 | | pagina 13