satie pas goed met de vestiging van petrochemi sche bedrijven in het Sloegebied. Voor mij sprin gen er in dit boekdeel twee figuren uit: Verburg en De Vink. Verburg als directeur van het eti (Economisch Technologisch Instituut) die zoveel mogelijk bij de bestaande situatie wilde aan sluiten en De Vink als directeur van de ppd (Provinciale Planologische Dienst) die graag in grote lijnen modernisering wilde doorvoeren. De rnachts- en gezagsverhoudingen (iv) waren aan het veranderen. Mevrouw Kramer-Vreugdenhil beschrijft de toch wel heel langzame verandering in drie dorpen op Walcheren, Zwemer stelt de bijzondere situatie van de pendelarbeiders op Tholen en Sint-Philipsland te boek, terwijl Van Cruyningen schrijft over de afkalving van het gezag van de boeren, het vertrek van de arbeiders uit de kerk en welke invloed de emancipatie op de kerkelijke verhoudingen had in het land van Cadzand. Munters neemt de verhoudingen tussen boeren en arbeiders in het algemeen in de dorps politiek onder de loep (zie ook boven), waarbij een zekere eigenheid ondanks de Tweede Wereldoorlog, de Ramp en het Deltaplan behou den bleef. Zwemer schetst aan het eind van dit deel de gevolgen voor de politieke verhoudingen, de Zeeuwse stembus, waaruit niet overal het zelfde liefelijke beeld oprijst. Met een heldere uiteenzetting en een duidelijke visie op de uitbreidingsplannen van Vlissingen en Terneuzen luidt Hack de aansturing op het sociaal-economisch vlak (v) in. Daar blijkt hoe veranderingen in de ruimtelijke inrichting invloed kunnen uitoefenen op sociaal-economische verhoudingen. Dat onderwijs bijdraagt aan eman cipatie behoeft geen betoog. Zwemer beschrijft die ontwikkeling mede aan de hand van de in aantallen uitbreidende scholen en leerlingen. Het maatschappelijk werk wordt door Erancke aan de orde gesteld. Hij schetst de ontwikkeling van aanvankelijk levensbeschouwelijke instellin gen naar professionalisering, onder meer van de medewerkers, terwijl de overheid invloed uit oefent door middel van subsidies. De grenzen tussen de instellingen vervagen en de ontzuiling neemt toe. Hij behandelt ook de ingrijpende veranderingen in het jeugdwerk. De jeugd gaat van de paternalistische, kerkelijk georiënteerde instellingen over naar een eigen cultuur. Ook hier bevorderen de professionals door hun onderlinge samenwerking de ontzuiling. In de sport gaan de jongeren grotendeels hun eigen gang en nemen vaak de leiding in hun organisaties in handen. Eigenlijk had ik graag nog een hoofdstuk opgeno men gezien over meer culturele zaken, muziek, toneel e.d. Speelde de bestaande elite daarin een rol, waren er nieuwkomers die hun partijtje gingen meeblazen of was het de overheid die de regie voerde? Het boek sluit af in 1965. Er vond een omslag plaats door de vestiging van de petrochemische industrie in het Sloegebied en de uitstoot van de arbeiders uit de landbouw was zo goed als afgelopen. De conclusie van Zwemer luidt: geleidelijke verandering, weinig sturing. Wie over heel Zeeland met zijn eilandenstructuur en regionale verschillen schrijft, moet over veel gegevens beschikken en voldoende overzicht over al deze gegevens hebben om ze te kunnen rangschikken. De lijnen moeten helder worden getrokken en de overzichten moeten duidelijk zijn. Er komen in dit boek zoveel gegevens, plaatsen en jaartallen aan de orde dat de tekst ondanks de prettig leesbare stijl toch iets op- sommerigs krijgt. Het probleem is niet dat het vervelend is om de tekst te lezen, maar dat er zoveel interessante informatie wordt gegeven dat je al lezend de hoop opgeeft dit alles te kunnen onthouden. Dit probleem wordt gelukkig opge vangen door aan het eind van ieder hoofdstuk een samenvatting, een besluit, op te nemen. Een uitgebreid notenapparaat geeft de mogelijkheid tot terugkieke. Al met al heb ik de neiging het boek vooral als een naslagwerk te beschouwen. Een goed register is dan noodzakelijk. Een paar steekproeven geven aan dat het register goed bruikbaar is. Het is een nogal uitgebreide bespreking geworden. Met zo'n uitstekend werk kan dat ook niet anders. P.J. Smallegange 116 Boekbesprekingen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2005 | | pagina 38