MiUSI
Figuur 2.
Strijd tussen kruisvaarders en Saracenen buiten Damiate;
handschrift 1219 (uit: A.C. Niemeijer, De Kruistochten,
Haarlem, Antwerpen, 1981, p. 184).
niet alles. De roof van een gouden draak van de
Hagia Sofia door kruisvaarders uit Biervliet en
Sluis tijdens de Vierde Kruistocht verwees hij naar
het 'gebied der legenden'.8 De Sluise twintigste-
eeuwse geschiedschrijver J. de Broek daarentegen
presenteerde alle Sluise kruistochtlegenden als
feiten. Nieuw is zijn vermelding dat Sluizenaars
tijdens een andere kruistocht (vermoedelijk
opnieuw de Eerste) zelfs de stadsmuren van
Damascus bestormd zouden hebben.9 Even
legendarisch is Willem van Saaftinge, lekenbroe
der in de juist buiten West-Zeeuws-Vlaanderen,
te Lissewege gelegen abdij Ter Doest. Deze
Gulden Sporenslagstrijder verwondde in 1308 in
een geschil zijn abt en doodde de keldermeester
van het klooster. Naar verluidt kreeg hij op
16 september 1309 vergiffenis op voorwaarde
dat hij in de Johannieterorde zou treden en
zich zou vestigen op het een maand eerder door
Hospitaalridders veroverde Rhodos. Volgens een
andere traditie zou hij zich in het oosten zelfs
hebben bekeerd tot de islam.10
Er waren tenminste vanaf de twaalfde, dertiende
eeuw ook commerciële banden tussen West-
Zeeuws-Vlaanderen en de islamitische wereld,
zij het waarschijnlijk indirect. In enkele lijsten,
waaronder het eind-veertiende-eeuwse, herziene
Waterrecht van Damme (tolreglement van het
Zwin) komen producten voor uit islamitisch
Spanje, bijvoorbeeld Grenada. Ook een grote
diversiteit aan handelswaar uit Egypte, Tunis,
Bougie (een havenstad ten oosten van Algiers),
Fez, Marrakech en Segelnresse 'die bij de Zandzee
ligt' (centrum van de transsaharahandel ten
zuiden van het westelijke Atlasgebergte) worden
genoemd.11 Al deze goederen passeerden het
Zwin en de haven van Sluis. Of deze handel
geleid heeft tot rechtstreekse contacten met de
inwoners van deze steden en landen is evenwel
niet zo waarschijnlijk. De meeste producten uit
genoemde landen zullen het Zwin en Sluis via
de Portugese, Spaanse en Italiaanse tussenhandel
bereikt hebben.12 Maar opvallend in dit verband
is de aanwezigheid in 1331 te Sluis van ene
Coppin Ie Sarrozin, waarbij men onwillekeurig
denkt aan Saracijnen en het in Sluis ingevoerde
sarazynswercdat wil zeggen aardewerk of glas
van Spaans-Moorse herkomst. Of de associatie
terecht is, is helaas niet meer te verifiëren.13
Figuur 3.
Arabische kooplui; handschrift 13de eeuw (uit: M.O. Schuur
man, De Arabieren, Zeist, Antwerpen, e.a., 1960, afb. 26).
Late Middeleeuwen
Iets meer weten we over contacten tussen mos
lims en West-Zeeuws-Vlamingen in de Late
Middeleeuwen. Ook in deze tijd hebben zij vooral
te maken met handel, bedevaarten en (al dan
niet beoogde) anti-islamitische militaire operaties.
Het Heilige Land bleef ook in de late Middeleeuwen
bij pelgrims populair. Eén van de destijds belang
rijkste 'Nederlandse' havens van waaruit bede
vaartgangers vertrokken was Sluis. Hier scheepten
pelgrims zich in speciale 'cruises' in naar niet
Oude relaties
83