staan. Dat 'verband' kan hoofdzaak of eerder bijzaak zijn. Soms gaat het de kant op van mystieke verbondenheid en gehechtheid, maar het kan ook zijn dat de specifieke herkenbaarheid van die omgeving er minder toe lijkt te doen. De vraag die de auteurs zich stellen is of in dat laatste geval we nog moeten of kunnen spreken van 'streekliteratuur'. spreekwoord dat beweert dat die beide nooit stil mogen staan. Dat zal dan wel de reden zijn waarom de vrouw haar gereedschap altijd bij zich had, zoals ook in Friesland, aan een ketting op de rok. Verder in dit nummer van Traditie artikelen over koekhappen, de paardenmarkt in Voorschoten, hanen en hennen en over een gifmengster uit de negentiende eeuw. Figuur 1. Een zilveren chatelaine uit Sneek (1730), waar een vrouw haar handwerkspullen aan hing, om die te allen tijde bij zich te hebben. Ook in Traditie (2005,2) komt aandacht voor 'taal' tot uiting, bijvoorbeeld in het artikel 'Des land- mans vreugd', over kinderboeken die het boeren bestaan beschrijven. De auteur van het stuk (J. van der Veer) vraagt zich af of de zware kant van het boerenleven ook aan de orde komt of dat vooral de nadruk wordt gelegd op de mooie kant. Hij bespreekt onder andere de boeken Zomer aan de Achterweg (1948) van J. Terpstra, Marieke gaat melken (1959) van M. Bruyn- Ouwehand, De kinderen van 'Weltevree' (1989) van W. Vening en de serie verhalen uit 1953 van P. Terpstra over de 'polderkinderen'. In de besproken boeken komen de werkzaamheden op de boerderij uitgebreid aan bod. Er wordt over het algemeen een positief beeld gegeven. Men moet wel hard werken maar doet dat met plezier en in harmonie met elkaar. Slechts een enkele keer komen de minder prettige kanten van het boerenleven om de hoek kijken. De conclusie lijkt gerechtvaardigd dat in kinderboeken het boeren leven nogal geïdealiseerd wordt. Het stuk 'Dakloos, maar niet nutteloos' heeft ook met taal te maken, namelijk met de negen dak lozenkranten die maandelijks in Nederland ver schijnen. Tien jaar vol hoop, idealisme, frustraties en doorzettingsvermogen. Het is een reportage over de oudste daklozenkrant van Nederland, Straatnieuws. In de krant staan gedichten en interviews met daklozen, maar ook met bekende Nederlanders. Er wordt bij de krant niemand geweigerd: illegalen, verslaafden, ieder die wil mag Straatnieuws verkopen. In Traditie (2005,3) vinden we artikelen over stro- vlechten, over streekdrachten in de Nederlandse cultuur en over handwerkgereedschappen. Over dit laatste gaat 'Een vrouwenhand en een paardentand' (auteur J. de Bruijn), naar een 164 Aanwinsten ruilverkeer

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2005 | | pagina 46