Bij het verzamelen van gegevens is vooral gebruik
gemaakt van het eigen archief: stukjes uit
Nehalennia, lemmata uit het Woordenboek der
Zeeuwse Dialecten en het Supplement, en vooral
de regioboeken, boekjes waarin per regio een
aantal thematische onderwerpen in de streektaal
worden behandeld. Voor elke dialectstreek
bestaat er zo'n regioboek.
Een aantal bereidwillige leden hebben de taak aan
vaard om op basis hiervan enkele onderdelen te
beschrijven. Uiteindelijk zijn deze losse hoofd
stukjes in een logische volgorde geplaatst. Het
is een leesbaar boek geworden waarbij vooral
herinneringen aan vroeger naar boven zullen
komen. De tekst is in het Nederlands maar wordt
voortdurend afgewisseld met dialectwoorden uit
de verschillende regio's of met langere verhalen
uit de regioboeken of uit andere bronnen.
Het boek pretendeert niet alles te hebben geïnven
tariseerd. Er bestaan ongetwijfeld nog heel
wat spelletjes die een variant zijn van een ander
kinderspel, en wellicht zijn enkele spelletjes
misschien over het hoofd gezien, maar uit de
inhoudsopgave blijkt toch dat er heel wat is
verzameld en verwerkt. Na de aftelrijmpjes komen
er een massa kringspelletjes, hand- en klapspel-
letjes, tik- en rijspelletjes. Bij de springspeiletjes
horen het bekende haasje-over en het touwtje
springen met een hele reeks varianten. Kinderen
waren en zijn immers heel inventief. Bij de
zoekspelletjes denkt iedereen natuurlijk aan
verstoppertje. Maar dan had je ook nog heel wat
andere manieren om je te vermaken als kind.
Nabootsingspelletjes waren heel geliefd bij
meisjes, en misschien ook wel bij jongens, als
het er iets harder aan toe kon gaan, zoals bij
indiaantje spelen of paeretikkertje. Werpen kun
je met allerlei zaken: met stenen, met knopen
of centen, en zelfs met een mes zoals bij land-
verovertje.
Een bal is en blijft een leuk speelgoedje. Bekend
blijven ook de spelletjes zoals bikkelen, knikkeren,
pinkelen of knevelen, tollen en hoepelen.
Je kon ook zelf speelgoed maken. Fluitjes maken,
met pijl en boog op stap gaan, proppenschieten.
Kattenkwaad uithalen is een van de favoriete
bezigheden van elke kwajongen. Wie heeft nooit
met meikevers gespeeld, of kikkers gevangen?
Welke ouder heeft zich niet geërgerd aan het
belletje-trek van kinderen uit de buurt?
Op winteravonden kwamen er ook wel eens gezel
schapsspelen uit de kast, en als het weer warmer
werd kon er gespeeld worden in de speeltuin.
In de winter hielden kinderen van sleeën of
schaatsen. En ook als er feest gevierd werd waren
kinderen er graag bij: rondlopen met een
koenkelpot of ouwejaer zienge, het zijn mooie
of minder mooie herinneringen aan een kinder
tijd waarin veel meer mocht en kon dan nu.
Als woorden als aontjedol, bolleket, top, boksken-
over, ienkelperk, kanusse, kattepul, kasseballen,
kuutje-knip, murpels, oetjebal, pienkere, roskie
of wuppelplanke u terug doen denken aan uw
jeugd, dan moet u dit boek maar eens rustig
inkijken. Koekoek Schietebroek. Kinderspelen in
Zeeland is een leuk leesboekje. De illustraties
komen hoofdzakelijk uit de gebruikte regioboeken
of andere publicaties van de Zeeuwse Dialect
vereniging.
Veronique De Tier
Boekbesprekingen 71