X/c
XXLy
y*>y
/;Vr -
0
Het geven van meer voornamen bleek samen te
hangen met de sociale achtergrond: hoe hoger de
sociale positie, hoe groter de kans dat een kind
meer voornamen kreeg. Frans van Poppel en Kees
Mandemakers onderzochten de verschillen in de
kindersterfte tussen Utrecht, Zeeland en
Friesland. De kindersterfte lag in Friesland aan
merkelijk lager dan in de andere twee provincies
en was waarschijnlijk een gevolg van het grotere
belang van borstvoeding aldaar. Juist in de pro
vincies Zeeland en Utrecht was, naast een relatief
weinig voorkomen van borstvoeding, de kwaliteit
van het oppervlaktewater slecht. Het belang van
de regionale context bleek dermate groot dat
verschillen in sociale achtergrond nauwelijks van
invloed waren op de kans op een relatief vroeg
overlijden. Alleen kinderen van ongehuwde moe
ders of ongeschoolde arbeiders toonden een -
ondanks de regionale context - duidelijk grotere
kans op vroeg overlijden. Op deze symposia wer
den ook diverse analyses gepresenteerd van de
huwelijksmobiliteit.' Getest werd in hoeverre de
huwelijkskeuze in de loop van de tijd meer open
werd naar sociale achtergrond. Dit bleek voor
Friesland in de 19de eeuw nog nauwelijks het
geval te zijn, met uitzondering van kinderen uit
'gebroken' gezinnen." Onder de titel 'Vrijt daar je
zijt' kwam Jan Kok tot dezelfde conclusies voor
Zeeland, vooral binnen arbeiderskringen werd
zowel in sociaal als in geografisch opzicht in
hoge mate 'intern' gehuwd."
Het uiteindelijk doel van de HSN is de reconstructie
van de gehele levensloop van de in de steekproef
opgenomen onderzoekspersonen. Hiervoor moet
alle informatie over een onderzoekspersoon die in
de bevolkingsregisters is te vinden, worden over
genomen (zie fig. 3). Ook hier vinden we Desiré
de Klerk en Clementina van Overloop weer terug
met inmiddels een kleine serie kinderen waarvan
er twee vrij snel kwamen te overlijden. Migratie
van personen blijkt uit de invulling in de velden
herkomst en vertrek. We zien dat zijn moeder
twee keer op en neer kwam van Kieldrecht om bij
het gezin in te trekken. Door koppeling van de
verschillende registers van de verschillende
gemeenten wordt het op deze wijze mogelijk vol
ledige migratiepatronen uit te zoeken. Ook blijkt
nu de kerkelijke gezindte, r.k., en wordt er weer
Figuur 3.
Pagina uit het Bevolkingsregister van Clinge, niet de inschrij
ving' van het gezin van Desiré de Kerf en Clementina van
Overloop (bladnummer 240). Gemeentearchief Hulst,
Bevolkingsregister Clinge 1900-1910.
7
Volg
num
mer.
X.
Dngteekening
en jaar dor
Inschrijving.
familienaam.
(Familienaam
der Vrouw.)
3.
voornamen.
(Voluit geschreven.)
GE
SLACHT.
M.
ij.UiLTCiitk.
V.
Vrouwelijk
G.
BETREKKING
van eiken
persoon tot het
hoofd van hei
huisgezin.
(Niot in to vullen
voor afzonderlijk
lerende porsoncn.)
0.
Dagteekening
en jaar der
GEBOORTE.
7.
GEBOORTE
PLAATS.
(Mot aanwijzing der
llngon, van het land
voor vreemdelingen.)
S.
BURGERLIJKE STAAT
H. (Gehuwd.)
W. (Weduwenstaat.)
S. (Gescheiden van Echt.1
i i
TijdensVeranderingen
wM-j 1"l">
ving. 1 dagteekening.
9. j 10. j
kerk-
genoot-
i sghap.
(Elk bepaald
bp te geven.)
li.
AMBT,
BEROEP OF
BEDRIJF.
Bij bedrijven vor-
ncldon of do persoon
daarin, als hoofd
(licUlj voor eigen,
hetzij voor andcror
rokuning) (11.) werk
zaam is, dan wel als
ondergeschikte (O).
12.
hdizin
Straat, Gracht enz.,
Huisnummer.
13.
0-
1
-;X
||p 'y
J:
V7
rCc
c/
'-■7' .y
YC
u
y
'r
127s.
1 €7/
-
y
yy
yy
m
yy
O V<- -
1,. AG"
y
sOL
y'
yp y
&s
y s
'*y
'yy
-
v—
1
- -
Levenslooponderzoek in het verleden