Migreren of pendelen: bonden aan Scoop. Hij adviseert de Zeeuwse mobiliteit in de moderne tijd Dick van der Wouw studeerde sociologie aan de UvA en pro moveerde aldaar in 1994. Is als - adviseur onderzoek en beleid ver- provincie, gemeenten en instellin gen over ontwikkelingen op sociaal gebied. Zeeuwen leven in een provincie die vooral door geografische kenmerken wordt getypeerd: een door brede wateren doorsneden en via dammen, bruggen en tunnels verbonden 'eilandenrijk'. Zeeland is een voor Nederlandse begrippen dunbevolkt gebied, ingesloten door grootstede lijke agglomeraties in Zuid-Holland, Noord- Brabant en België. Rust en ruimte zijn de geijkte woorden waarmee Zeeland wordt getypeerd. Historisch gezien heeft het eilandelijke karakter van Zeeland altijd een doorslaggevende betekenis gehad in de manier waarop de Zeeuwse samenleving functioneerde. Zeeland was ook in sociaal opzicht een eilandenrijk, een land van overkanten. Het was een provincie waar vóór de tweede helft van de vorige eeuw de 'bewegingen' van veruit de meeste inwoners voornamelijk binnen de grenzen van de eilanden bleven. De ruimtelijke ontsluiting van Zeeland na de waters noodramp van 1953 heeft de vaak zeer geïso leerd levende dorpsgemeenschappen volledig van de kaart geveegd. Reistijden werden zodanig bekort dat werken buiten de eigen regio of pro vincie niet meer automatisch ook verhuizen bete kende. Pendelen begon een volwaardig alternatief te worden. De meeste dammen, bruggen en tun nels zijn minder dan een halve eeuw oud, maar hebben een geweldige invloed gehad op de so ciale verhoudingen en de Zeeuwse 'eilandencul- tuur'. De tijd dat een reis van Colijnsplaat naar Rotterdam nog een dagtocht was, werd er defini tief mee naar de geschiedenisboeken verwezen. De opening van de Westerscheldetunnel in 2003 en het direct al overtreffen van de verwachte ver- voersbewegingen door de tunnel markeert het einde van de grote ontsluitingsperiode van Zeeland. Men zou kunnen zeggen dat de Zeeuwse bevolking definitief in beweging is gekomen en daarmee ook wat dit betreft is mee gegaan in algemeen maatschappelijke processen. In dit artikel zal ik de ontwikkelingen in mobili teit schetsen in relatie tot enkele van de belang rijkste maatschappelijke trends zoals die door het Sociaal Cultureel Planbureau (scp) in het sociaal rapport van 2004 worden geschetst. Verhuismobiliteit en automobiliteit De relatieve onbereikbaarheid van (grote delen van) Zeeland heeft lange tijd de mobiliteit beperkt. Er was geen keuze tussen pendelen of migreren. Wanneer je in Zeeland woonde, zocht je daar ook werk, of je was gedwongen naar elders te verhuizen. Na 1950 gaat dit veranderen. Uit de sterke stijging van het aantal kleine vrachtauto's in Zeeland' is af te leiden dat op het Zeeuwse platteland de individuele vervoersstromen toenamen, maar dat deze door de eilandenstructuur nog moeilijk aan sluiting vonden bij grootschaliger vervoersbewe- gingen. De discussie over de positionering van Zeeland binnen Nederland in het midden van de vorige eeuw, zoals beschreven door Jan Zwemer, laat ook zien dat de opkomst van het pendelen op Tholen en Sint-Philipsland na de Tweede Wereldoorlog als een ernstig probleem werd erva ren.' Het bood weliswaar een oplossing voor de oplopende werkloosheid als gevolg van de groot schalige mechanisatie in de Zeeuwse landbouw aan de ene kant en de tekorten aan arbeids krachten bij de industriële uitbouw van het Westen van Nederland aan de andere kant. Maar die oplossing had volgens velen een desastreuze uitwerking op het sociale leven in de dorpsge meenschappen. De toenmalige Commissaris van de Koningin De Casembroot stelde: 'Het is al te dwaas dat men in Etten-Leur fabrieken bouwt, waarvoor men arbeiders uit Tholen haalt. Die fabrieken horen op Tholen thuis.'3 Wonen en wer ken horen in die visie bij elkaar. De ontwikkelin gen sindsdien laten echter een ander beeld zien. Sinds 1960 zijn er in Nederland, maar ook in Zeeland, twee tegengestelde bewegingen zicht baar op het gebied van de mobiliteit. Enerzijds daalt de mobiliteit als gevolg van afnemende ver- huisbewegingen, anderzijds stijgt de mobiliteit als gevolg van het autoverkeer. In verhuismobiliteit blijft Zeeland achter bij Nederland, wat betreft de 60 Migreren of pendelen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2006 | | pagina 61