Eind juli 1943 was ook aan onze vrijheid een einde gekomen. We werden gearresteerd en per trein naar Westerbork gebracht. Mijn ouders waren in het bezit van zogenaamde Palestinacertificaten die bedoeld waren om uitgewisseld te worden tegen Duitsers die door de Engelsen in Palestina waren geïnterneerd als vijandige ingezetenen. Door een merkwaardige kronkel van de Duitsers werd een kleine groep Joden voor dit doel min of meer in gijzeling gehouden en niet zonder meer naar een vernietigingskamp doorgestuurd. Daardoor konden wij vijf maanden in Westerbork blijven in afwachting wat er met ons zou gaan gebeuren. Uiteindelijk zijn wij in januari 1944 met het eerste transport doorgestuurd naar Bergen-Belsen, samen met Joden die allerlei documenten hadden van bevriende of neutrale landen, zoals Turkije en Spanje maar ook uit Zuid-Amerika. Deze mensen werden in eerste instantie gespaard. Dit betekende geen onmiddel lijke deportatie en vergassing. Bergen-Belsen was echter alles behalve een garantie tot overleven. Op mijn achtste kwamen wij van een doorgangs kamp in een crepeerkamp terecht. Het gaf ons echter ten minste de kans om te overleven want als kind aan de poorten van Sobibor of Auschwitz zou mijn leven nog slechts van zeer korte duur zijn geweest. Velen hebben Bergen- Belsen niet overleefd, bijna geen gezin is er com pleet uit gekomen. Na een transport naar het oosten van Duitsland in een verziekte trein met bestemming onbekend gedurende de tweede helft van april 1945, werd onze gevangenschap uiteindelijk door het Russische leger beëindigd. Onderweg en na de bevrijding zijn meer dan 20% nog overleden. De Russen hebben gepro beerd te redden wat er te redden viel. De Amerikanen hebben ons gerepatrieerd en de Nederlanders schitterden door afwezigheid. Eind juni 1945 kwamen wij via Valkenburg terug in Nederland, ons gezin nog intact, een absolute uitzondering. De ontvangst door de Nederlandse instanties was nou niet direct een van 'welkom thuis'. De grote vraag die men zou moeten stellen is: wat was de integratie van de Joden in Nederland nu werkelijk waard gebleken? Waar was de overheid om haar burgers te beschermen? Hoe heeft men dit kunnen laten gebeuren? Bijna 80% van de Joden zijn vermoord zonder dat er een vinger is uitgestoken om dit tegen te gaan. Uiteraard zijn Afb. 2. Detail toegangshek van de Joodse begraafplaats aan de Walensingel. Foto M. de Vries. er uitzonderingen van heldhaftige Nederlanders die onderduikers in huis hebben genomen of op andere manieren geprobeerd hebben verzet te plegen. Echter, de grote massa keek de andere kant uit toen hun buren werden weggehaald, het grootste gedeelte van de plaatselijke overheid werkte gevoelloos mee door hand- en spandien sten te verlenen en klakkeloos iedere verordening uit te voeren. Het is geen verwijt maar het con stateren van een feit. Integratie zou betekend moeten hebben dat wij daadwerkelijk deel had den uitgemaakt van de Nederlandse bevolking, maar dat stuk integratie heeft volledig gefaald en daar gaat het tenslotte om. De opvang na de oorlog liet veel te wensen over en lang niet iedereen die de kampen of de onderduik had overleefd werd met open armen ontvangen. Veel Joden hebben na de oorlog Nederland verlaten. Ook ons gezin is in 1951 naar Israël geëmigreerd. Het handjevol overgebleven Joden heeft zich opnieuw ingeleefd en voelt zich weer als Nederlander. In 1967 werd ik door het Israëlische bedrijf waar ik werkzaam was overgeplaatst naar uitgerekend Rotterdam, de stad waar we hebben geleden en de gehele familie was uitgemoord, een stad om nooit meer te betreden. De trauma's zijn voor velen gebleven en mijn persoonlijke herinneringen zullen nooit worden uitgewist. 82 Kanttekeningen bij deze integratie

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2006 | | pagina 20