delstransacties van de onderneming verant
woordelijk. Ook indien er al agenten aanwezig
waren en handelsbetrekkingen waren aange
gaan, bleef de supercarga aan boord een
belangrijke stem houden in de te verkopen
handelswaar. Deze kon tevens de route en
bewegingen van het schip bepalen.10 Het is
mogelijk dat Van Hoorn in het geheel geen
nautische kennis had en Melsen voor het eerst
naar de West voer, zodat hun kennis elkaar
aanvulde. Verderop in het verhaal blijkt in
ieder geval dat Van Hoorn in het gebied al
diverse Curagaose schippers en agenten kende.
Pieter van Hoorn moet omstreeks 1670 zijn gebo
ren. Na de Spaanse Successieoorlog werd hij
aangesteld als bewindhebber bij de W1C kamer
Zeeland. Hij vervulde die benoeming van 3
januari 1715 tot 9 oktober 1727; in dat laatste
jaar deed hij afstand van zijn positie. Hij was
toen overigens al verhuisd van Vlissingen naar
Middelburg." Pieter van Hoorn trouwde met
Gerardina Cloote. Deze trouwde na de dood
van Van Hoorn, rond 1730, met de vermaarde
jurist Cornelis van Bijnkershoek 1673-1743).12
Ofschoon van Pieter van Hoorn niet veel
bekend is, moet hij een nazaat in de derde of
vierde lijn zijn geweest van een van de rijkste
redersgeslachten in Zeeland.13 De familie Van
Hoorn behoorde tot de 'staatsgezinde' reders,
die zowel tijdens de Negenjarige- als Spaanse
Successieoorlog meerdere kaperschepen uit
reedde en posten binnen de Vlissingse vroed
schap bezette. Naast de legale activiteiten bin
nen VOC, W1C, Middelburgse Commercie
Compagnie (MCC) en commissievaart had de
familie Van Hoorn al sinds de jaren zeventig
van de zeventiende eeuw belangen in de
smokkelvaart."1
Vlucht in de jungle
Met name vanuit Zeeland ontstond in de jaren
1670 een directe smokkelvaart op Spaans
Amerika en het Caribische gebied; doorgaans
met fregatten bemand met twintig tot vijftig
koppen. De smokkelaars moesten met hun
schip langs de kust trekken om zo hun handel
(onder meer manufacturen, lijnwaad, zijde,
ijzerwaren, sterke drank en bloem -vanuit
Noord-Amerika) aan de inlanders te slijten, en
cacao, melasse, rum, verfhout of andere pro
ducten te verkrijgen.15 In de eerste helft van de
zeventiende eeuw werd de handel in contra
bande in Spaans West-lndië al door de
Nederlanders gedomineerd, die met Curasao
over een strategische basis beschikten. Het
oosten van Venezuela zou in de achttiende
eeuw onder de schippers van de MCC nog
steeds een favoriete handelsplaats zijn." De rol
van Port Royal als smokkelaarsnest was ten
tijde van de tocht van de Jonge Jan definitief
voorbij na de allesverwoestende aardbeving
van 1692." De Spanjaarden zelf bedreven
eveneens vaak smokkel. Deze smokkelhandel
was door de tekort schietende Spaanse over
zeese bevoorrading aangemoedigd en werd
door de eigen bewoners ondersteund.18
De schermutselingen met de Franse kaper in de
Atlantische Oceaan buiten beschouwing gela
ten, lag er voor de Jonge Jan daarom een pro
fijtelijke handelsreis op de West-Indische kust
in het verschiet. De Vaste kust werd met een
gunstige wind spoedig bereikt. Doorgaans zeil
den de schepen op de heenreis voorbij Tobago
om daar tegen het vasteland te blijven zeilen
totdat Curagao was bereikt. Tijdens de terug
reis zeilden ze tussen Hispaniola en Puerto
Rico door, maar soms werden ze door oostelij
ke wind gedwongen de kust van Hispaniola te
volgen. Een enkele keer volgden patrouille
schepen van de Spaanse Guipuzcoana ze dan
tot op de Atlantische Oceaan.19
Op de Amerikaanse kust handelde Van Hoorn op
plaatsen waar geen versterkingen waren; vanaf
het eiland Margarita (ten oosten van Tortuga
voor de kust van Venezuela -nog steeds een
smokkelnest) naar de kust van Barburatte en
Porto Cabello (ten westen van Caracas). In ver
band met gevaar voor Franse commissievaar-
ders besloot Melsen, samen met nog twee
andere schepen die men onderweg was tegen
gekomen en waarmee de verdere tocht was
ondernomen, naar de bocht van Porto Preage
te zeilen. Toen zij daar voor anker lagen kwa
men er inderdaad drie Franse kaperschepen die
er ook ankerden, maar toen zij bemerkten dat
de Nederlandse schepen met huiden bespan
nen waren, zodat enteren moeilijk zou zijn,
vertrokken zij weer.20 Die bespanning moet een
succesvolle noviteit zijn geweest, die bij gebrek
aan ander materiaal als variant op het
beproefde 'boevennet' werd toegepast.2'
120
De Jonge Jan op de Venezolaanse kust