r-pmnrmm Zoutleider West Nu gaat het eens over de massa zelf in plaats van schone liggingen op of aan De Schelde de Wester- en afgebonden zoutleider Oost preciezer nog gaat het over het hoogste deel van het overvloedig bevaren lijf: de schrobput van ebbend zand Als ware het een lustlevende drenkeling met de kont omhoog, dobberend omvangrijk koud, stijf en gevoelloos met duim op opening strontgat Duw het terug onder! Dat weke afgrijzen om niet te zien hoe de zeeaars volloopt hoe het witschuimend en ziltzacht bad roert door een dagelijks leger voeten (ook Duitse) en wat al niet meer teenkamt schurkt raast kust en later toch weer zinkt in de opgezwollen schuimbek de onbekiste prachtpuilende Westerschelde. Portretten en poëzie 171

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2006 | | pagina 25