In de Levensberichten komt Nagtglas naar vo
ren als een brave keurige burger, en zeker als hij de
beschreven personen zelfheeft gekend behandelt
hij hen uiterst kies. Ambachtslieden worden als re
gel 'bekwaam en ijverig' genoemd, besproken per
sonen van boerenafkomst hebben 'brave, eenvou
dige lieden' als ouders. In zijn aantekeningen merk
je echter duidelijk dat hij ook kon smullen van rod
dels en schandaaltjes.
Gevarieerde notities
Eerst een indruk van de notities die andere zaken
behelzen dan de bijzonderheden over personen die
in de Levensberichten behandeld worden. Ook deze
aantekeningen zullen veelal bedoeld zijn geweest
voor publicaties. Spontane uitingen over situaties
of gebeurtenissen die hem troffen kwamen eve
neens in zijn schriften terecht. Een groot gedeelte
van zijn cahiers is gevuld met historische aanteke
ningen. Zo schrijft hij honderden pagina's vol over
de steden Middelburg, Vlissingen, Veere en Zierik-
zee: geschiedenis, bebouwing, stratenplan en so
ciale zaken als het armwezen. Uitgebreid worden
inwoners besproken en dan gaat het vooral over de
bekende geslachten. Daarnaast geeft hij allerlei po
litieke nieuwtjes die hij kennelijk belangrijk vond.®
Dat Nagtglas zich voor sociaal-politieke zaken in
teresseerde blijkt wel uit twee artikelen van zijn
hand in het Nieuws van de Dag van 14 januari en
28 maart 1881: 'De Nederlanders en de Transvaal'
en 'Onze broeders in Zuid-Afrika'. De uitgebreide
aantekeningen over deze kwestie in zijn cahier la
ten zien hoe hij over deze zaak dacht. Hij schrijft
:'De strijd voor de hun listig ontfutselde onafhan
kelijkheid onzer stamgenooten in de Transvaal,
vond overal in Nederland deelneming'10 en in de
Middelburgsche Courant van 7 maart wijst hij erop
dat de boeren op Walcheren 'eigenlijk door afkomst
gelijk door zeden de naaste bloedverwanten waren
der moedige Transvalers'. Er is een comité opge
richt om hulp te bieden, waarvan Nagtglas tot
voorzitter gekozen werd. Door dergelijke aanteke
ningen en artikelen leren we zijn sociale en poli
tieke betrokkenheid kennen.
Aantekeningen over het Zeeuws
Nagtglas wijdt zo'n 35 pagina's aan de Zeeuwse
taal." Hij schrijft over de uitspraak en over de
werkwoorden met hun vervoegingen, over in
Zeeland gebruikte bijvoeglijke naamwoorden en
bijwoorden. Een lange rij plantennamen staat ge
noteerd, zoals de 'naekende juffertjes' voor de
herfsttijloos en de 'gospee' voor het kweek(g'ras).
De plaatsnamen - Beekerke voor Big'gekerke en
Griepkarke voor Grijpskerke - ontbreken niet.
Verder veel meisjes- en jongensnamen in dialect
naast de Nederlandse naam: Ploone voor Apollonia
en Soanrel voor Samuel.
Voor het noteren van de vele bijnamen in West-
kapelle heeft Nagtglas enkele pagina's nodig.12 Om
alle mensen met de naam Minderhout, Lievense of
Roelse uit elkaar te houden gebruikte zelfs de com
mies van de belastingdienst, Van de Velde Olivier,
bijnamen bij het bezorgen van de nodige formulie
ren. De reden voor het ontstaan van de bij- of
scheldnamen vermeldt Nagtglas niet; soms is die
gemakkelijk te raden, zoals bij 'Doove Lens', of
'Rooie Neele'. Ook de bijvoegsels die een familie
band uitdrukken zijn logisch: 'Jaap van Lens van
Keesje' en 'Jaap van Tona's Jan'. Bij 'Solletje',
'Beiertje', 'Tutepot', 'Steenezel' of'Kiekepisse' heb
ben we wat meer fantasie nodig.
Pikante nieuwtjes
Pikante nieuwtjes blijken naast historische zeker
zijn belangstelling te wekken. Zo vertelt hij - ken
nelijk geamuseerd - over een onrustverwekkende
voorlezer in de Nieuwe Kerk." 26 april 1739
preekte de naar Rotterdam beroepen Middelburgse
predikant Johannes Patyn hier afscheid." De
Nieuwe Kerk was barstensvol en het zoeken naar
een plaats ging met veel gestommel en gemompel
gepaard. De voorlezer, die psalm 1 moest lezen,
kon zich niet verstaanbaar maken, wat hem noopte
op eigen gezag de gemeente uit te nodigen liever
het eerste couplet van psalm 2 te zingen. Deze vrij
postigheid van de kerkdienaar gaf menigeen erger
nis en in de bijeenkomst van de 'broederen ouder
lingen' werd de zaak ernstig besproken. Maar
omdat het toen al een tijdje geleden was gebeurd
en de predikant zich niet had beklaagd besloot men
verder geen strafmaatregelen te nemen.
Tot dezelfde categorie kunnen we zijn volgende
aantekening rekenen15: op 1 september 1584 ver
voegde de kerkenraad te Middelburg zich bij de re
geerders van de stad met de klacht dat het niet al
leen weduwnaars, maar ook weduwen waren die
zich dagelijks meldden om reeds na drie of vier
22
Frederik Nagtglas