Ik g'eef enkele voorbeelden van woorden uit de ten
toonstelling. In Zoutelande gaat de koewachter de
koeien wachten op het vroon. Vroon staat niet in
het Zeeuws Etymologisch Woordenboek, omdat het
standaardtaal is. Het staat onder andere in Van
Dale. In Zeeland heeft het wel een iets specifiekere
betekenis. Het woord is bekend op de Zeeuwse
eilanden en op Goeree-Overflakkee. Vroon is eigen
lijk een bezitsvorm van het Germaanse frawan- dat
'heer' betekent, dus: 'van de heeren'. Interessant is
dat ook het woord vrouw hiervan zou zijn afgeleid.
Ook hoogaars is zo'n voorbeeld. Dit type vaartuig
wordt nogal eens genoemd in de klapbankfrag'men-
ten. Er is immers veel water in Zeeland. Ook dat
woord vinden we niet in het Zeeuws Etymologisch
Woordenboek omdat het Algemeen Nederlands is.
Een etymologie vinden we wel in het WNT. Een
hoogaars is een vaartuig met een hoog in het water
liggende boeg. Een logische verklaring zou dus
kunnen zijn dat de aars hoog in het water ligt, een
etymologie die in het WNT zelfbij aars is veron
dersteld, door het daar als samenstelling op te
nemen. Door vergelijking met andere vormen komt
men daar echter op terug, omdat bepaalde vormen
erop wijzen dat het wellicht gewoon een afleiding
is van hoog met een achtervoegsel -aard. Door de
meervoudsvorm ging de d verloren, en doordat het
woord wat ondoorzichtig werd, is men het meer
voud hoogaar(d)s als een enkelvoud gaan interpre
teren.
Om te eindigen kiezen we een woord dat zeer
Zeeuws aandoet, namelijk de dulve, en dat dus
uiteraard in het Zeeuws Etymologisch Woordenboek
is opgenomen. Het woord wordt onder andere in
het fragment van Rilland gebruikt, maar komt ook
elders wel aan bod. Dulve is een Zeeuwse geronde
variant van delve of dilve, afgeleid van het werk
woord delven. Het is te vergelijken met woorden
als delft in straatnamen.
Slot
De klapbank en de woordenschat die hierin opge
slagen zit, vormden voor de boekpresentatie van
het Zeeuws Etymologisch Woordenboek slechts het
decor om het leuke maar ook boeiende van een vak
als etymologie te demonstreren. Het is mooi dat we
in Zeeland naast de standaardmiddelen die ons al
ter beschikking stonden nu ook een eigen naslag
werk hebben waaruit veel te halen valt. Ik ben
ervan overtuigd dat het voor veel taalliefhebbers
een mooie aanvulling is op het Zeeuwse woorden
boek en op de bestaande etymologische bronnen.
Ik hoop dat ook uw interesse voor de Zeeuwse
Klapbank is aangewakkerd. De tentoonstelling reist
nog een klein jaar lang langs de bibliotheken in
Zeeland (Terneuzen, Heinkenszand, Vlissingen). De
tournee door de bibliotheken eindigt eind 2008 op
de benedenverdieping van de bibliotheek van Mid
delburg, maar we zijn ervan overtuigd dat dat niet
het einde zal zijn, maar een nieuw begin voor nu al
voorzichtig geformuleerde toekomstperspectieven.
Gebruikte bronnen
Frans Debrabandere, West-Vlaams etymologisch woordenboek.
De herkomst van de West-Vlaamse woorden. Veen. Amsterdam,
Antwerpen 2002.
Frans Debrabandere, Oost-Vlaams en Zeeuws-Vlaams etymo
logisch woordenboek. De herkomst van de Oost- en Zeeuws-
Vlaamse woorden. Veen. Amsterdam, Antwerpen 2005.
Frans Debrabandere, Zeeuws Etymologisch Woordenboek.
De herkomst van de Zeeuwse woorden. Atlas. Amsterdam,
Antwerpen 2007.
Veronique de Tier, Eije 'ta hoore? Dialectkrant. Stichting
Cultureel Erfgoed Zeeland 2007.
H.C.M. Ghysen, Woordenboek der Zeeuwse Dialecten. Van
Velzen. Krabbendijke 1964, 1998'°.
A.A. Weijnen, Etymologisch dialectwoordenboek. Sdu. Den
Haag 2003.
Woordenboek der Nederlandse taak. online-versie op
www.inl.wnt.nl
De Zeeuwse Klapbank
17