Schilderij van P.J. Clays. De feestelijkheden ter gelegenheid van de afkoop van de Scheldetol in 1863. Part. Collectie. Afkoop van de Scheldetol In de geschiedenis van het Tractaat blijkt steeds weer de grote vrees van Antwerpen voor concur rent Rotterdam. Dit was ook het geval bij de loods geldtarieven. De grote wens van België om de loodsgeldtarieven van beide havens aan elkaar te koppelen kwam menigmaal ter sprake. In de peri ode na de Franse tijd (1813-1830) toen Noord- en Zuid-Nederland waren verenigd, meenden de Ant werpenaren dat de loodsgeldtarieven die waren vastgesteld voor hun haven vergeleken bij die van Rotterdam te hoog waren. In artikel IX, paragraaf 2 wordt niet alleen de vrije loodskeus genoemd maar ook gesteld dat "in gemeenschappelijk overleg gematigde loodsgelden worden vastgesteld" en dat deze niet hoger zullen zijn dan het tarief van 1829 voor de Monden van de Maas, van de volle zee tot aan Hellevoet en van Hellevoet tot aan Rotterdam naar evenredigheid van afstanden. In hoofdzaak werden deze onenigheden veroor zaakt door de koerswijzigingen tussen de Belgische frank en de Nederlandse gulden. Na langdurig overleg werd tot verlaging en aanpassing van het Scheldetarief besloten. Deze hebben ten slotte hun beslag gekregen door opname in het Tractaat van 1863, ook wel genoemd het Tractaat tot afkoop van de Scheldetol. Het Tractaat van 1839 (art. IX, par. 3) liet Nederland nog steeds toe tol te heffen op het scheepvaartverkeer op de Schelde. Deze heffing was nadelig voor de concurrentiepositie van Ant- wei"pen. Om al te grote kosten voor de scheepvaart die Antwerpen aanliep te vermijden, werd deze tol door de Belgische staat betaald. In 1839 ging het nog om een bedrag van 354.916 Belgische frank, maar het was door de toename van de scheepvaart al snel hoog opgelopen. Op 12 mei 1863 kwam tussen Nederland en België een verdrag tot stand waarin werd vastge legd dat Nederland een afkoopsom zou betalen van ongeveer 36 miljoen Belgische frank, toen 17 mil joen gulden. België betaalde slechts een derde van deze som, en twintig zeevarende landen namen het restant voor hun rekening, waarvan Engeland een kwart. Dat laatste mag een onwaarschijnlijk gebaar van solidariteit genoemd worden, typerend voor het internationale streven naar vrije handel. In Antwerpen werd deze gebeurtenis op 1 augustus 1863 gevierd en nadien vele malen herdacht. Pogingen om het Tractaat te herzien Kort na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) ver zocht de Belgische minister van Buitenlandse Zaken Hymans niet alleen om de absolute soeverei- 4 1 70 jaar vrije vaart

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2008 | | pagina 9