Burengerucht, slakken, mooie boeken en een geleerde boer
Tikkende naaldhakken van de bovenbuurvrouw,
knetterende ruzies tussen echtelieden, bonkende
bassen uit de audio-installatie van de buurjongen
en ander lawaai maken het leven van veel men
sen in hun huis tot een hel. Geluidsisolatie tussen
woningen kan een hoop van die ergernissen voor
komen. Middelburg is de bakermat van een revo
lutionaire ontwikkeling op dat terrein. Ing. M.C.
Louws, van 1969 tot en met 1991 hoofd van de
afdeling Bouw- en Woningtoezicht in de Zeeuwse
hoofdstad, begon snel na zijn ambtsaanvaarding
te onderzoeken hoe woningen beter geïsoleerd
kunnen worden. Dat leidde tot spectaculaire resul
taten, maar de weg naar dat succes was bezaaid
met voetangels en klemmen. Louws doet daarvan
verslag.
Na het verhaal over sloten in een vorig num
mer komt de Zeeuwse flora en fauna wederom aan
de orde in een bijdrage over slakken van Harry
Raad. Hij doet verslag van een onderzoek naar deze
door velen als onaangename slijmspoorverspreiders
ervaren dieren. Hun rol in het Zeeuwse ecosysteem
is tot op heden weinig belicht in de vakliteratuur.
Jammer dat de illustraties bij dit stuk niet in kleur
konden worden afgedrukt.
Boekenliefhebbers zullen hun vingers aflikken
bij de bijdrage over Zondags zilver van conservator
Bernard van Noordwijk. Hij is de expert (en verza
melaar) in Zeeland van boeken met zilveren sluit-
werk.Vanaf het midden van de zeventiende eeuw
raakte deze manier van boekbezorging in zwang,
waarbij het veelal werken met een religieuze inhoud
betreft. De omslagfoto van dit blad toont een fraai
voorbeeld van een deel van zijn collectie.
Ferdinandus Pieter Polderdijk (1860-1944)
woonde zijn hele leven op de hofstede Nieuw-
landsrust in de Middelburgse polder. Deze 'eenvou
dige' Zeeuwse boer speelde een actieve rol in het
Zeeuwse. Zo schopte hij het tot lid van het genoot
schap in een tijd dat die organisatie nog werd
gedomineerd door pijprokende feodalen. Historicus
Piet Zuijdweg maakte een studie van Polderdijks
leven en werken, waarvan hier een uitgebreide
bewerking verschijnt.
In het jaarlijkse kunstkatern staan deze keer
verzen van de bekende Zeeuwse dichter Lou Vleu
gelhof, een pseudoniem van Lou de Jonge, die is
geboren op de hoeve Vleugelhof onder de rook van
Borssele. De illustraties zijn gemaakt door Alies de
Jonge, beeldend kunstenares te Heinkenszand.
In de rubriek Genootschapszaken komt
(wederom) de collectie-Landwehr-Vogels aan de
orde. Tot januari 2009 is een aantal originelen
tentoongesteld in de Zeeuwse Bibliotheek in Mid
delburg. Daarna gaan ze achter slot en grendel om
te worden gedigitaliseerd.
De rubriek Aanwinsten is deze keer wat uitbun
dig geïllustreerd met de tekening van een schaars
geklede dame. Zij staat op de hoes van een in 1973
verschenen langspeelplaat van de bekende Neder
landse band Golden Earring. In een artikel in het
Historisch Tijdschrift Holland - de randstedelijke
pendant van Zeeland - wordt beschreven hoe Gol
den Earring in de hele wereld succes had met de lp
met deze bekroonde hoes.
Lo van Driel bespreekt op zijn bekende elo
quente wijze een proefschrift over dominee Jona
Willem Te Water. De neerlandicus schetst het
belang van deze uitgave op een manier die uitno
digt dit werk te gaan lezen. Daarbij maakt hij func
tioneel gebruik van humor, die in 'zware' weten
schappelijke verhandelingen te vaak ontbreekt. Als
op 12 januari 1807 in de Leidse binnenstad een
kruitschip met donderend geraas ontploft (en veel
slachtoffers maakt), vraagt zijn dove echtgenote
hem: "Zei u iets, Te Water?"
Eric-Jan Weterings
Introductie
121