I hebben. Dat iemand een gebeuren van nabij moet hebben meegemaakt om er goed over te kunnen vertellen en oordelen, is natuurlijk onzin. Vaker is het tegendeel waar: de onderzoeker moet een zekere afstand tot zijn onderwerp kunnen innemen om het in een enigszins verantwoord historisch perspectief te kunnen plaatsen. Van een actievoer der als De Schipper kunnen we deze afstandelijk heid echter niet verwachten. De schrijver besteedt aandacht aan de Watersnood ramp in 1953, de plannen tot afsluiting van de Oosterschelde die al van vóór de Ramp dateerden, de installatie van een deltacommissie die zich moest buigen over de afsluiting van de Ooster schelde, de totstandkoming en aanvaarding van het Deltaplan, om uiteindelijk uitgebreid in te gaan op het verzet tegen de afsluiting. De tegenstanders hadden het zeker in de begindagen niet gemakke lijk. Vrij algemeen was de publieke opinie vóór afsluiting. Voor Rijkswaterstaat stond twijfel gelijk aan heiligschennis. Critici als Bram Drinkwaard (bestuurslid van het Zeeuws Genootschap), Albert Lockefeer (burge meester van Hulst) en Jan Loeff (oud-hoofdredac teur van de Waterkampioen) bleven echter lange tijd roependen in de woestijn. Zij konden welis waar genoeg argumenten aandragen tegen afslui ting, ze slaagden er niet in een groot publiek te bereiken. De Schipper weet precies waaraan dat lag. Als 'elitair-intellectuele antiafsluitingsbewe- ging' waren ze volgens hem niet in staat de publieke opinie te beïnvloeden. Van 'keurige, pijp rokende heren' kon niet worden verwacht dat ze de straat op gingen. In Yerseke waren echter in 1970 wel mensen bereid actie te voeren. Was het verzet in dit dorp tegen de afsluiting tot dan toe groten deels beperkt tot vissers en oester- en mosselkwe kers die hun broodwinning in gevaar zagen komen, in 1970 besloot een groep jongeren (niet ouder dan 17, 18 jaar) uit het dorp dat de maat vol was. Het bezoek van de minister van Verkeer en Waterstaat aan Middelburg grepen ze aan om stickers te plakken voor een Open Oosterschelde. Bovendien werd een brug die door de minister zou worden geopend, beklad. Het was de eerste actie in een lange reeks en het was volgens de schrijver de feitelijke geboorte van de Aktiegroep Oosterschelde Open. De Schipper: "Waar de Zeeuwse vissers, kri tische wetenschappers en de Studiegroep Ooster schelde in geen tien jaar in geslaagd waren, lukt een stel langharige snotjongens uit Yerseke binnen drie weken. Ze halen niet alleen de landelijke kran ten, ook het toen nog zeer gezaghebbende tv-jour- naal van acht uur vertoont beelden." Het was de tijd van de ludieke acties en het boek staat vol - barstensvol - van acties gericht tegen de autoriteiten en tegen de PZC, die in de ogen van de 'snotjongens' al te zeer aan de leiband liep van het gezag. Met name journalist Kees van der Maas moest het ongelden. Zo werden de ramen van zijn huis volgeplakt met stickers die duidelijke taal spraken: "PZC weg ermee" en "Met Van der Maas in de Maas". De schilder- en plakacties, de verspreiding van educatief materiaal, het organise ren van gratis mosselmaaltijden voor duizenden mensen, de ingezonden stukken in verschillende kranten én de komst van de journalist Kees Slager die voor de actiegroep het bruggenhoofd was naar de landelijke media: dit alles zorgde ervoor dat de actiegroep een breder draagvlak onder de bevol king kreeg. Het begon zelfs tot fervente voorstan ders van afsluiting door te dringen dat een afgeslo ten Oosterschelde tot een ernstige aantasting van het milieu kon leiden. In 1973 beloofde het progressieve kabinet-Den Uyl een hernieuwd onderzoek naar de Ooster schelde. Het betekende een tastbaar succes voor de actiegroep en een openlijke aanval op de machts positie van Rijkswaterstaat. De in augustus 1973 door minister Westerterp geïnstalleerde Commissie Oosterschelde ging kijken of er een compromis mogelijk was tussen een open en een afgesloten Oosterschelde. Een open Oosterschelde met ver hoogde dijken was echter geen optie. Er was in 1973 al zoveel geld besteed aan de dam die toen al voor meer dan de helft was gebouwd. In maart 1974 bracht de commissie haar advies uit: er zou een tijdelijke doorlaatbare blokkendam komen die het getij in toom moest houden, waarna een storm- 46 Boekbesprekingen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2009 | | pagina 48