ken met mijnen - zijn overleden. Ook de Belgi sche gemeenschap in Vlissingen werd getroffen. In het portaal van de rooms-katholieke Lieve Vrouwekerk hangt een marmeren plaquette met daarop de namen van twaalf in de oorlog omge komen Belgische loodsen; ook twee ramen in de kerk verwijzen naar hun lot. Werkelijk bijzonder is echter dat in de stad ook geallieerde strijders uit de Grote Oorlog ruimschoots worden herdacht. In Vlissingen is er - ook nu nog - een 'echt' geallieerd oorlogskerk hof uit '14-'18. Het is vergelijkbaar met de talloze erevelden in Vlaanderen en Noord-Frankrijk, inclusief monument, vormgegeven en beheerd door de Commonwealth War Graves Commission (CWGC). Op het kerkhof liggen 34 Britten, drie Fransen en vier Belgen begraven. Als compleet oorlogskerkhof van de Eerste Wereldoorlog is het uniek in Nederland. Herdenken om te strijden! Het ontstaan van het geallieerde oorlogskerkhof in Vlissingen was geen Nederlands, maar een Belgisch initiatief. Het kwam voort uit de groep Belgische vluchtelingen die gedurende de oorlog in de stad verbleef. Door hen werd op 20 oktober 1915 de Belgische Vaderlandsche Bond 'Herden ken om te strijden' opgericht (ook wel de Herden- kingsbond genoemd).3 De bond had tot doel om het moreel onder de gevluchte Belgen op te beu ren, en om steun en hulp te geven aan de eigen Belgische en de geallieerde inspanningen in de strijd voor "het verdrukte en gemartelde vader land". Het laatste zou, aldus de drijvende kracht achter de Herdenkingsbond Willem Geurts, vooral tot uiting moeten komen in "het vereeren onzer gesneuvelde broeders en het vereeuwigen hunner nagedachtenis". De Herdenkingsbond sloeg goed aan bij de Belgen in Nederland. Met de hoofdzetel in Vlissingen meegerekend waren er in 1918 in totaal veertien afdelingen tot stand gekomen, met meer dan vierduizend leden. In Vlissingen heeft de bond zich vooral gemani festeerd in haar streven om een passende begraafplaats voor gesneuvelde geallieerde strij ders in te richten. Dit waren in hoofdzaak Britse zeelui en vliegeniers. Op de Zeeuwse kusten spoelden al van het begin van de oorlog slachtof fers aan van torpedoaanvallen door Duitse onder zeeboten op Britse oorlogsschepen. In een aantal gevallen kon de identiteit niet meer worden vast gesteld, slechts aan de resten van de kleding was te zien dat het om Britse marinemensen ging. De vliegeniers kwamen om bij bombarde- mentsvluchten op Brugge, Zeebrug'g'e of Oostende. Om de Duitse afweer te ontgaan werd, zowel op de heen- als de terugreis, nogal eens 'per onge luk' een route over het neutrale Nederlandse ter ritorium gekozen. Als het dan misging - in lucht gevechten, door luchtdoelgeschut, door motor storing of oriëntatieproblemen - gebeurde dat vaak boven Zeeuws-Vlaanderen." Sommige van die vliegers kwamen in zee terecht en spoelden later aan. De bond begon haar actie in 1916. In dat jaar werden opnieuw lichamen van Britse militairen aan de kust bij Vlissingen gevonden, drie dit maal. Zij werden door de gemeente op de gemeen telijke Nieuwe Begraafplaats - later Vredehof genoemd5 - ter aarde besteld; de graven werden gemarkeerd met een eenvoudig houten kruis. Hoewel dit allemaal correct en respectvol verliep, vond de Herdenkingsbond in de persoon van Geurts dat er meer moest worden gedaan voor "degenen die voor België waren gevallen" en dat het een plicht was om "ter eere van die roemrijke dooden een altijddurend denkbeeld op te richten". Geurts stemde dit af met het bestuur van de Her denkingsbond en met de consuls van België en Groot-Brittannië. Zijn voorstel kreeg de nodige bijval en ook goedkeuring en steun van de Belgi sche en Britse regering. Aan de gemeente Vlissin gen werd gevraagd een stuk grond voor een kerk hofvoor geallieerde militairen ter beschikking te stellen. De Herdenkingsbond verbond zich ertoe om op dat kerkhof een passend monument te plaatsen. Plannen en discussies Het gemeentebestuur reageerde positief. Burge meester en wethouders waren bereid om een deel van Vredehof voor dit doel ter beschikking te stellen en het zodanig" in te richten dat het een afzonderlijke, waardige herdenkingsplaats zou worden waar ook het toegezegde monument goed tot zijn recht zou komen. Het was een genereus aanbod van de gemeente. Vredehof begon als gemeentelijke 68 Het geallieerde W01-oorlogskerkhof in Vlissingen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2009 | | pagina 22