Een groep van het Nederlandse Loodswezen loopt mee in de stoet op weg naar begraafplaats Vredehof aan de Koudekerkseweg" te Vlissingen, waar de onthulling zal plaatsvinden van het Belgisch oorlogsmonument ter herinnering aan de in de Eerste Wereldoorlog gevallenen, 28 augustus 1921. (Collectie Ch.L. Dert, Beeldbank Gemeentearchief Vlissingen. nummer PA3388) De taken die de bond zichzelf had opgelegd ten aanzien van het herdenken van gesneuvelde geal lieerden werden overgedragen aan lokale subco mités, die jaarlijks (op Allerzielen) kransen leg den op de graven. Geurts zelf hield zich - nu vanuit Antwerpen - bezig met het monument. Op 11 november 1920 antwoordde hij, op een toch wat ongerust verzoek om informatie van de Vlissingse secreta ris van de herdenkingsbond Ch.A. Timmermans6 die door de gemeente benaderd was met de vraag hoe het er met het monument voorstond, dat "de commando van het praalgraf is gegeven". Geurts mikte op het begin van toekomende zomer voor de plaatsing en hij zou een "lichttekening" toe zenden. De commando was gegeven aan de Ant werpse beeldhouwer en schilder Arthur Pierre, die al verschillende grote grafmonumenten op de begraafplaats Schoonselhof in het Belgische Hoboken had vervaardigd.' Die ging krachtig aan het werk. En al werd het niet helemaal het begin van de zomer, op 29 augustus 1921 kon het monument dan officieel onthuld worden. De onthulling De officiële ingebruikname van het geallieerde oorlogskerkhof met de onthulling van het monu ment was een grootse gebeurtenis, met duizenden bezoekers. Volgens de gegevens van de Vlissingse pascontrole kwamen 1.525 Belgen per schip en daarnaast arriveerden enkele honderden met de trein. Er was ook veel toestroom uit andere delen van Zeeland, vooral uit Middelburg'. En natuurlijk was er veel belangstelling uit Vlissingen zelf, van de Belgen die er woonden, van plaatselijke orga nisaties en verenigingen en van gewone burgers. Inwoners van de stad was gevraagd de vlag' uit te hangen en duizenden stonden lang's de kant van de weg'. Om de zaak ordelijk te laten verlopen werden er twee stoeten gevormd die zich naar de begraafplaats zouden begeven, een Nederlandse en een Belgische. Ze zouden op hetzelfde tijdstip, om half twee 's middags, vertrekken, maar vanaf een ander punt zodat ze op elkaar zouden aan sluiten, de Belgen voorop. Een lichte teleurstel ling' was dat van de vele verwachte Belgische muziekkorpsen er slechts één acte de présence gaf. Maar in de praktijk had dat ook wel zijn goede kanten. Het terrein van de begraafplaats waar de plechtigheden plaatsvonden was maar klein, er was bij de onthulling alleen plaats voor de betrokken hoogwaardigheidsbekleders. De 70 Het geallieerde W01-oorlogskerkhof in Vlissingen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2009 | | pagina 24