pen bomen of heesters telden in de regel een oneven aantal. Deze beplanting moet in elk sei zoen een gevarieerde aanblik gegeven hebben, met een keur aan groenblijvende bomen, geu rende struiken en allerlei bloeiende heesters en bloemen. Het plantgoed kwam uit de kwekerij van jhr. Jacob Snouck Hurgronje bij Gapinge op Walche ren en kostte 633 gulden. Deze kwekerij lag op het terrein van zijn buitenplaats het Huis te Gapinge. Schuppens betrok hier vaker plantgoed, zoals ook bij de aanleg van het bolwerk in Tho- len. De kwekerij werd bestierd door de zaakwaar nemer Adriaan Cornells Vroone uit Middelburg, met wie Schuppens ook al langer contact had. Zo zorgde Vroone voor de financiële afwikkeling van Schuppens' eigen kwekerij aan de Seg'eers- weg bij Middelburg. Burgemeester De Crane protesteerde bij Vroone over de hoge prijzen van het plantgoed: bij verge lijking met de catalogus van de boomkwekers Koster en Zoon te Boskoop kwam hij op een lager bedrag uit. Vroone reageerde door te stellen dat de bomen in Zeeland weliswaar duurder zijn, maar ook langzamer groeien en beter waren aangepast aan de Zeeuwse zeewind en de klei dan bomen uit andere windstreken. Wel kon hij een bedrag van 63,20 teruggeven omdat een deel van de gele verde planten bij aankomst dood was. Vroone benadrukte daarbij echter dat deze gunst slechts verleend werd "omdat het g'roote doel van de heer Hurgronje bij het aanleggen zijner kweekerij is geweest, om behalve de beoefening van een punt van liefhebberij, deze tak van industrie vooral voor Zeeland aan te kweeken, waardoor werk aan Zeeuwsche ingezetenen wordt verschaft, en het geld en het land gehouden, zoodat hij ongaarne aanleiding zoude geven om ten gevalle van zijn personeel belang de Zeeuwsche planters van zijne kweekerij te verwijderen."23 Hoe het terrein er oorspronkelijk heeft uitgezien, is moeilijk vast te stellen. Wel is er in de rekenin gen van de aanleg sprake van "het inbrengen van hoogtens en laag'tens": het park had door hoogte verschillen een natuurlijk aanzien gekregen. De hoogtes zullen bergjes van enkele meters geweest zijn, vanwaar men een uitzicht had op de omge ving. De Topographische en Militaire Kaart uit het midden van de negentiende eeuw toont enkele slingerende paden op de plaats van de Wandeling. Deze verschaffen echter weinig" gedetailleerde informatie over de inrichting en beplanting. Merkwaardig genoeg is in geen van de geraad pleegde stukken iets te vinden over zitbanken. Afsluiting Het nieuw aangelegde terrein zou bij de Noordha venpoort en bij de Nobelpoort een afsluiting van een schutting krijgen met daarin een houten deur. Deze schuttingen moesten aan de straatkant worden geschilderd en aan de kant van het park worden geteerd. Stadsarchitect Ribbe tekende de ontwerpen. Zijn plan was slechts een functionele afsluiting' van stijlen en planken, zonder enige versiering.24 Het ontwerp viel kennelijk niet in de smaak bij het gemeentebestuur, want enkele dagen nadat Ribbe zijn ontwerp en begroting had ingeleverd, informeerde burgemeester De Crane bij het gemeentebestuur van Deventer naar de prijzen van ijzeren hekken van de ijzergieterij Nering Bögel in die stad.25 De ijzergieterij stuurde een aantal tekeningen en een prijslijst, en nam tevens de vrijheid om enkele tekeningen van gietijzeren grafmonumen ten mee te zenden, "opdat u eenig'szins over het- geene in dit werk door ons gemaakt wordt, zoude kunnen oordeelen". Nering Bögel leverde in die jaren tal van monumenten, obelisken en hekken voor op begraafplaatsen; in 1830 was het begra ven in kerken verboden en moesten gemeenten begraafplaatsen aanleggen buiten de bebouwde kom. De Deventer ijzergieterij deed er goede zaken bij.26 Zierikzee bestelde twee ijzeren hekken bij Nering Bögel. De keuze viel op model nummer 37 uit de catalogus "met eenige kleine veranderin gen in het maaksel".27 Het hek bij de Nobelpoort zou worden opge hangen tussen eikenhouten stijlen. Bij de uitvoe ring gebruikte men geen nieuw hout maar een tweedehands stijl. Het hek van de hoofdingang aan de kant van de Noordhavenpoort zou komen te hangen tussen gepleisterde gemetselde pijlers met hardstenen voet en dekplaten.28 Het park was volgens overlevering beperkt toegankelijk: slechts diegenen die een aandeel hadden gehad in de totstandkoming van het park en in het bezit waren van een sleutel van het hek zouden toegang tot het park hebben gehad, en de 128 Zeer bevallige wandelingen"

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2009 | | pagina 10