bindt, is het eiland Walcheren. Met uitzondering
van de eerste zeven hoofdstukken zit er weinig
logica of systematiek in de volgorde waarin de
verschillende onderwerpen worden behandeld. De
verbinding tussen Middelburg en Veere, de haven
van Middelburg, de waterwegen van Arnemuiden,
de scheepvaart en scheepsrampen voor de kust
van Walcheren, de bolwerken van Middelburg, de
metamorfose van Vlissingen, de verdedigingswer
ken rond Veere, de dijk bij Westkapelle: dit alles
wordt in opeenvolgende hoofdstukken beschreven
zonder enige verbindende schakel. Waarom is er
geen poging gedaan tot een thematische ordening
van de verschillende onderwerpen? En waarom
heeft men verzuimd de hoofdstukken die over een
bepaalde stad of een bepaald thema gaan, tot één
deel te bundelen? Het is mij dan ook een raadsel
waarom de geschiedenis van Vlissingen in ver
schillende stukken is geknipt, terwijl de verhalen
zo goed op elkaar aansluiten. Hetzelfde geldt voor
de andere plaatsen op Walcheren.
Te betreuren is verder dat in het boek geen
duidelijk antwoord op de vraag wordt gegeven in
hoeverre de geschiedenis van Walcheren kenmer
ken van continuïteit of verandering vertoont. Op
grond van de titel mag je op zijn minst verwach
ten dat er een poging tot beantwoording van deze
vraag wordt ondernomen. Ongetwijfeld wreekt
zich hier het gemis aan een samenvattende slot
beschouwing, waarin duidelijk kan worden
gemaakt in welke opzichten en in welke mate het
eiland in de loop der eeuwen veranderingen heeft
ondergaan. Nu moet de lezer deze vragen zelf
maar zien te beantwoorden.
De kwaliteit van een dergelijke atlas staat of
valt met een goede redactie, en die is er kennelijk
niet of onvoldoende geweest. Nu is het boek
geworden tot een compilatie van verschillende
onderwerpen, die weliswaar een interessant en
boeiend, maar in mijn ogen te fragmentarisch
beeld van Walcheren opleveren. Jammer, de
afzonderlijke bijdragen hadden een betere omlijs
ting verdiend.
Albert L. Kort
Frank de Klerk, De oorlog in stukken. De beleving
van de jaren 1940-1945 op de Bevelanden, Het
Paard van Troje, Goes 2009. 135 biz., ill., foto's,
kaarten. ISBN 978-90-80953-17-8. 19,95.
Het is al weer een kwart eeuw geleden geleden
dat De ontzetting van de gans verscheen, een
gedenkboek waarin vier auteurs het dagelijks
leven in Goes en op Zuid-Beveland in de jaren
1940-1944 beschreven. Het werk was traditioneel
van opzet: op basis van voornamelijk schriftelijke
bronnen werd een verhaal samengesteld met een
duidelijk begin en een duidelijk einde. Het boek
dat thans voor me ligt, is dat niet. Zoals uit de
titel blijkt, is hier geen sprake van een afgewogen
en enigszins voorspelbaar verhaal. Dagboeken,
notities, interviews, brieven, ansichtkaarten, bro
chures, advertenties, foto's, administratieve
bescheiden, insignes en vele andere overgele
verde bronnen vertellen het verhaal van de oor
log in brokstukken, precies zoals de tijdgenoot de
oorlogsjaren moet hebben ervaren. Als je het ver
leden op zo'n manier presenteert, doe je recht aan
de chaos van de werkelijkheid van toen. En dat is
het leuke van dit boek. In plaats van een gelikt
eindproduct krijgt de lezer historische grondstof
fen en halffabricaten voorgeschoteld, waarin hij
voor een belangrijk deel zelf de ordening en de
betekenis moet aanbrengen.
Het gevaar van een dergelijke aanpak is dat
de lezer al snel wordt bedolven onder een stort
vloed van feiten waar geen enkele ordening meer
in zit. Frank de Klerk, werkzaam aan het gemeen
tearchief in Goes, heeft deze valkuil gelukkig
vermeden doorzijn bronnenmateriaal in drie
overzichtelijke hoofdstukken onder te brengen,
waarin verschillende facetten en perioden van de
oorlog worden 'beschreven'. In het eerste hoofd
stuk gaat de schrijver in op het uitbreken van de
oorlog en de periode die daar onmiddellijk aan
voorafging. Uit interviews biijkt hoe burgers de
eerste dagen van de oorlog hebben ervaren. Uit
legerinstructies blijkt hoe Duitse soldaten die zich
in Nederlands uniform hadden verkleed, werden
aangepakt: ze werden terstond tegen de muur
38
Zeeuwen en de slavenhandel