Boekbesprekingen Kees Bos en Jan Willem Bosch, met medewerking van Gerrie Andela, Jan van Mourik en Jan Zwemer, Landschapsatlas van Walcheren. Inspirerende spo ren van tijd. Koudekerke, Bos Et Böttcher, 2008. 414 blz., met vele kaarten en afbeeldingen. ISBN 978-90-77525-15-9. 69,50. Een salontafelboek. Dat is de eerste indruk als je dit kloeke werk in handen neemt (met één hand gaat het niet). Dit loodzware boek lees je niet in een hoekje bij de haard, het vraagt om een ste vige tafel. De indruk van een luxueus plaatwerk blijft bestaan als je het boek openslaat. Een rijk dom aan prachtige illustraties straaltje tegemoet: oude en moderne kaarten, reproducties van pren ten en tekeningen, oude en recente foto's. Alleen al het bekijken van dit illustratiemateriaal bezorgt de lezer een paar plezierige uurtjes. Je zou bijna vergeten dat er ook nog tekst in staat, en zelfs veel tekst. De Landschapsatlas van Wal cheren is, ondanks de aanvankelijke indruk, geen plaatjesboek, en het is ook geen atlas, al staan er veel kaarten in afgebeeld. Waar gaat het boek over? Zoals de ondertitel zegt, bevat het "sporen van tijd". De Landschaps atlas is een systematische historische beschrij ving van de geschiedenis van het Walcherse landschap. De hoofdauteurs zijn dan ook een geo graaf en een landschapsarchitect, Kees Bos en Jan Willem Bosch, die beiden reeds decennialang op Walcheren werkzaam zijn; zij hebben zich voor enkele speciale onderwerpen laten bijstaan door andere deskundigen. De tekst is hoofdzaak, ondanks het glossy aanzien van het boek. Die tekst vormt een boeiend verhaal over het land schap van Walcheren, met zijn natuur, zijn boer derijen, dorpen, steden en buitenplaatsen, voor treffelijk geïllustreerd door het rijke en goed geselecteerde beeldmateriaal. Bijzondere aandacht gaat terecht uit naar de buitenplaatsen, die eens de trots van Walcheren waren. Auteur Bosch wijst erop dat deze buiten plaatsencultuur maar een korte periode heeft geduurd, en dat er helaas bijna niets van is over gebleven. Aan deze periode dankt Walcheren zijn erenaam 'de Tuin van Zeeland'. De buitenplaat sencultuur was bij uitstek een stedelijk verschijn sel dat uitging van de rijke kooplieden van Mid delburg en Vlissingen. Het platteland van Wal cheren had zijn agrarisch hoogtepunt toen al achter de rug. Door de voortdurende waterover last was Walcheren allang niet meer het vrucht baarste deel van Zeeland. Dat leverde juist kan sen op voor de buitenplaatsen, want er was gemakkelijk aan grond te komen. Een soortgelijke ontwikkeling deed zich voor bij Amsterdam, waar de rijke kooplieden hun buitenplaatsen stichtten op de schrale natte veengronden langs de Vecht. Ook de moderne geschiedenis krijgt alle aan dacht, in het bijzonder de ontwikkeling van de steden Middelburg en Vlissingen. Terecht wordt erop gewezen dat deze steden een eervolle plaats innemen door hun kwaliteitsvolle volkswoning bouw in de eerste helft van de twintigste eeuw. Ook werd de herverkaveling van Walcheren na de overstroming van 1944/'45 begeleid door een zorgvuldig opgesteld landschapsplan, ook al werd op de uitvoering flink bezuinigd. De snelle ont wikkeling van verkeer en recreatie hebben echter geleid tot een sterke verrommeling van het land schap, mede door een steeds grotere verslapping van het ruimtelijke-ordeningsbeleid. En hier komen we bij het laatste hoofdstuk, een toekomstvisie, waarin Jan Willem Bosch ingaat op een aantal mogelijke toekomstscena rio's. Zoals de ondertitel van het boek al aan geeft, laat hij zich daarbij inspireren door de bloeitijd van het Walcherse landschap in de tijd van de buitenplaatsen. Hij pleit er dan ook voor om Walcheren om te vormen tot een exclusieve woonomgeving, daarbij gebruikmakend van de natuurlijke potentie van het landschap. Deze ideeën worden geïllustreerd met inspire rende panoramatekeningen, die herinneringen oproepen aan de pionier van de landschapskunde (en adviseur bij het landschapsplan voor Walche ren tijdens de herverkaveling) prof. J.T.P. Bijhou wer. Een bijzonder onderdeel van het boek wordt gevormd door de bladzijden 78 t/m 97, waarop het 74 Boekbesprekingen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2010 | | pagina 36