V mocht beginnen aan een studie geneeskunde. Zij volgde haar opleiding aan de zeer vooruitstre vende universiteit van Groningen. In de jaren daarna groeide het aantal vrouwelijke studenten wel geleidelijk, maar er bleef vooralsnog veel weerstand tegen. Viel dit wel onder de traditio nele taken van de vrouw? Het kon toch niet zo zijn dat vrouwen 'wijsneusjes' werden? En zou het peil van de wetenschap niet drastisch dalen? Her en der werd dan ook gewaarschuwd voor "Zwit- sersche toestanden". Lize slaagde voor het kantonale toelatings examen en begon rond Pasen 1914, het begin van het zomersemester, aan haar studie aan de Philo- sophische Fakultat II die de exacte richtingen omvatte. Zij was toen 27 jaar. In 1917 pakte ze het onderzoek voor haar proefschrift aan, waarop ze in 1920 promoveerde. Eigenlijk is het onnodig te memoreren dat voor deze studie een enorm doorzettingsvermo gen vereist was. Zij kon dit opbrengen en slaagde glansrijk, hoewel de tijdsomstandigheden ook op haar een zware druk legden. Ze was maar net met haar studie begonnen toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Zwitserland en Nederland bleven welis waar neutraal, maar in het tussenliggende gebied woedde een gruwelijke strijd. Geregeld onderbrak ze haar studie en was dan weer in haar vaderland om in haar levensonderhoud te kunnen voorzien en te sparen voor haar studiekosten. In deze peri ode werkte ze één jaar bij de faculteit chemie van de universiteit in Utrecht, één jaar in een verge lijkbare functie aan de universiteit in Groningen en van 16 september 1918 tot 1 september 1919 als assistente "physiologische chemie" van pro fessor Romburg aan de Veeartsenijkundige Hoogeschool te Utrecht. Ze werkte, studeerde en deed onderzoek voor haar proefschrift. Mogelijk om kosten uit te sparen, verbleef ze in die tijd geregeld bij haar ouders. Het proefschrift is voor een leek volstrekt onleesbaar, niet zo zeer omdat het in het Duits is geschreven, maar gezien het feit dat alle 37 blad zijden bijna geheel met scheikundige formules zijn gevuld. Alleen de opdracht laat aan duide lijkheid niets te wensen over: "Meinen Eltern in Diinkbarkeit gewidmet". Haar dissertatie2 valt onder de organische chemie, het onderdeel van de scheikunde dat als onderwerp heeft het onderzoe ken van verbindingen waarin het koolstofatoom het basisbestanddeel is van het molecuul. Vakge noten stelt zij hiermee op de hoogte van haar onderzoek naar (keto)piperazine, een stof die bestaat uit een verbinding van koolstof, stikstof en waterstof. Het geschrift is verdeeld in litera tuuronderzoek en de verslaglegging van haar experimenten, zoals de inwerking van blauwzuur Elizabeth Dingemanse als meisje in Nieuwlandse dracht. Parti culiere collectie. op een stof die wordt gebruikt als conserverings middel tegen schimmels en de reacties van diverse stoffen ten opzichte van piperazine. Dit middel wordt onder meer in de diergeneeskunde toegepast om parasitaire wormen uit het maag darmstelsel te verdrijven. Tevens is het een belangrijke grondstof bij de samenstelling van veel farmaceutische stoffen zoals stimulerende middelen en wordt het gebruikt voor de vervaar diging van bepaalde kunststoffen en vlamvertra- gers.J Op grond van deze studie kon Lize nu een betrekking gaan zoeken waarin ze haar kennis in praktijk kon brengen. Elizabeth Dingemanse 43

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2010 | | pagina 5