we nauwelijks iets te weten, maar uit reacties uit haar directe omgeving valt op te maken dat ze zeer hoog werd geacht om haar collegialiteit en haar vermogen met anderen samen te werken. Ze had een enorme plichtsbetrachting, maar kon ook goed relativeren. Op een foto gemaakt op latere leeftijd - zie de voorzijde van dit blad - kijkt een grande dame ons aan met een vastberaden en humorvolle blik. Haar vakgebied, de endocrinologie, heeft ze met grote stappen vooruitgeholpen. Haar deskun digheid werd zowel op nationaal als internatio naal niveau hogelijk geprezen. In ietwat gezwol len beeldspraak noemde De Jongh haar "de Michiel de Ruyter onder de hormoonchemici", iemand met de inzet zoals "die van de Westkap- pelse dijkbouwer, verzacht door de humoristische inslag, eigen aan de bevolking van de boorden van de Schelde". En toch is deze Zeeuwse van internationale faam onder ons nauwelijks bekend. Haar naam is opgeno men in diverse handboeken, maar niet in de Encyclo pedie van Zeeland. Merkwaardig genoeg was zij evenmin lid van het Zeeuws Genootschap. Nu werd dit genootschap weieens beschouwd als een besloten clubje Middelburgers die elkaar de bal toespeelden, maar de realiteit is dat het bestuur er zeer op was gespitst Zeeuwen en niet-Zeeuwen die zich verdienstelijk maakten op cultureel, maatschappelijk of wetenschappelijk terrein tot lid te benoemen. Afkomst en opleiding waren hierbij weinig relevant. De helft van de leden was woonachtig buiten de provinciegrenzen, tot in de verre uithoeken van ons continent. Kennelijk is niemand op het idee gekomen Elizabeth als lid voor te dragen. Ze zou een benoeming zeker geaccepteerd hebben. Waarom kennen wij haar naam nauwelijks? Er zijn hiervoor twee redenen aan te voeren. Het grootste deel van haar leven bracht ze buiten Zeeland door en haar vakgebied is voor de mees ten van ons nauwelijks te doorgronden. Ze voelde zich in haar geleerdheid niet verheven boven de 'gewone' Zeeuw. Zeer frequent bracht ze haar vrije tijd door in Nieuw- en Sint Joosland. Ze liep dan weliswaar niet in dracht, maar met dorps- en buurtgenoten sprak ze in haar eigen dialect. Ze werd door het dorp dan ook geheel geaccepteerd als een van de hunnen. Dit artikel heeft als doel Elizabeth Dinge- manse onder de aandacht van de lezer te brengen. En dit, bijna 125 jaar na haar geboorte, misschien wel voor het eerst. Naar aanleiding van mijn uitgave over F.P. Polderdijk, Laat de zuinigheid de wijsheid niet bedriegen, nam ir. E.J. Mesu uit Bennekom con tact met mij op. Hij heeft over Elizabeth, deels met hulp van prof. J. Joosse, mevr. prof. J. Kruis- brink en mevr. prof. N.E.J. Oudshoorn, veel gege vens verzameld. Drs. J.K. Mesu te Oudelande voegde hier nog een aantal feiten aan toe. Vooral op basis van dit materiaal is dit artikel tot stand gekomen. Daarom mijn hartelijke dank aan Egbert en Jan. Noten 1. Toen vader Dingemanse overleed, nam een van de zonen het bedrijf over. Deze stierf in 1912. Kees, 49 jaar oud, was in feite de enige van de nog in leven zijnde kinderen die in aanmerking kwam het boerenbedrijf voort te zet ten. Hij voelde daar niet voor en Land- en Zeezicht werd verpacht, totdat de hofstede rond 1970 opgeofferd werd aan de uitbreiding van de industrie in het Sloegebied. Het is niet duidelijk waar het gezin van leefde. Door de jaren heen staat Kees Dingemanses beroep in de bur gerlijke stand genoteerd als respectievelijk "daglooner", "zonder?" en "rentenier". De pachtopbrengsten waren te gering om van te kunnen leven. Hadden de Dingemanses nog voldoende eigen vermogen achter de hand? 2. Elizabeth Dingemanse, Zur Kenntnis der Ketopiperazine, Halle 1922. In ons land is het te vinden in de univer siteitsbibliotheken in Amsterdam en Leiden. In het buitenland, met name in Zwitserland, Duitsland en de Verenigde Staten, is het veel ruimer voorhanden. 3. Hartelijk dank aan drs. C.M.C. Bank, als klinisch chemi cus verbonden aan het Ziekenhuis Walcheren, voor zijn toelichting. 4. Dit citaat en volgende zijn ontleend aan stukken opge nomen in het dossier 'Elizabeth Dingemanse', aanwezig in de Universiteitsbibliotheek van Amsterdam. Elizabeth Dingemanse 47

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2010 | | pagina 9