op de Zeeuwse wateren in het Zeeuwse scheeps volk hun meerderen erkennen. De ondiep gaande scheepjes van de Zeeuwen, gebruikt op de bin- nenduinse Zeeuwse wateren, waren aangepast aan het ondiepe en snelstromende water van de Ooster- en Westerschelde en alle wateren daar tussen. De daarin aanwezige banken en geulen kenden geen geheimen voor de Zeeuwen, wat mede bepalend is geweest voor hun successen in de strijd tegen de Spanjaarden. Dit wordt duide lijk in de soms gedetailleerde beschrijvingen over de strijd tegen de vloot van de vijand. Vaak zagen de Zeeuwse rebellen kans een Spaans schip aan de grond te varen en zelf drijvende te blijven. Zo raakte het schip van de Spaanse bevelhebber De Glimes tijdens de slag bij Bergen op Zoom (1574) aan de grond en werd het daarna in brand gesto ken. Zijn collega Romero overkwam hetzelfde. Hij sprong overboord en zijn bemanning volgde hem. Aan de landvoogd Requesens bekende hij 'dat hij wel een krijgsman was, maar geen bootsgezel; de Zeeuwen waren beide.' De Zeeuwse binnenvloot Naast historici hebben dichters, toneelschrijvers en romanciers veel en uitbundig over de water geuzen geschreven. In de moderne geschied schrijving wordt de benaming Watergeus nog vaak gebruikt, ook voor hen die betrokken waren bij het Ontzet van Leiden. Dit is niet juist, want na 1 april 1572 bestonden er geen Watergeuzen meer. Met hun misschien wel toevallige verove ring van Den Briel hield deze bende van geruï neerde edellieden en werkloze paupers op te bestaan.2 Bij de Opstand tegen de Spanjaarden waren 'geuzen' of'rebellen' betrokken en we komen hen tegen bij de vele confrontaties met de Spanjaarden in de Zeeuwse wateren. Het is niet de bedoeling hier uitvoerig uit te weiden over het beleg van Leiden, maar te vertel len wat zich voor en tijdens het Ontzet afspeelde. In juni 1572 koos Leiden voor de Prins van Oranje. In oktober 1573 sloegen de Spanjaarden - hun legeraanvoerder was Fransisco de Valdez - het beleg rond de stad. Eind maart 1574 onder brak de inmiddels nieuw benoemde Spaanse landvoogd Requesens dit beleg om zich in te zet ten voor de slag op de Mookerheide. Ondanks herhaalde waarschuwingen van de Prins van Oranje, dat het beleg wel eens kon worden hervat, 'W Louis van Boisot (ca. 1530), admiraal van Zeeland, in harnas. J. Houbraken (1698 - 1780) naar het origineel van C. Visscher, gravure, 18x12 cm. proefdruk voor de letter. Zeeuws Archief, Zelandia Illustrata IV-0250. Uit: J. Wagenaar, Vaderlandsche historie dl. VI (Amsterdam 1790-1796), tegenover p. 460. nam het Leidse stadsbestuur geen maatregelen. In de nacht van 25 op 26 mei 1574 keerden de Spanjaarden terug om het beleg te hervatten en een uithongeringtactiek toe te passen. Van de ongeveer 18.000 inwoners stierven er meer dan 6000 de hongerdood of aan de pest. Rondom de stad werden door de Spanjaarden meer dan twin tig verdedigingswerken, zogeheten schansen, opgeworpen om alle toegang tot de stad te belemmeren.3 Leiden bevrijd door de Zeeuwen 107

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2010 | | pagina 29