hertog van Alva meer dan 12.000 mensen werden opgepakt, bijna 9.000 personen werden veroor deeld en meer dan 1.000 veroordeelden werden geëxecuteerd. Ongeveer 60.000 mannen, vrouwen en kinderen ontvluchtten in 1566-1567 de Neder landen. Een van hen was Guillaume Courten (1540-na 1580), een lakenhandelaar uit het Zuid- Nederlandse Meenen die door Alva was opgepakt maar die met hulp van zijn echtgenote Margarita Casiers uit de gevangenis had weten te ontsnap pen en naar Engeland was ontkomen.6 Toen na enige decennia de rust in de Neder landen enigszins was teruggekeerd, vestigden twee van zijn drie kinderen - Margarita (1564- 1640) en Pieter (1581-1630) - zich, net als vele andere Zuid-Nederlandse vluchtelingen, in de Republiek. Margarita Courten trouwde in 1583 in Londen met Matthias Boudaen en volgde hem naar Rotterdam. Haar broers William (1571-1636) en Pieter bouwden de lakenhandel van hun vader uit tot een internationaal handelshuis, waarbij William vanuit Londen het Engelse filiaal leidde en Pieter in Middelburg de scepter over de Neder landse tak van het bedrijf zwaaide. Na het kin derloos overlijden van Pieter Courten nam Mar garita's zoon Pieter Boudaen (1594-1668) in 1630 de leiding van het Middelburgse filiaal over. Deze Pieter was al jong naar Middelburg gestuurd om van zijn oom het vak te leren. Hij trouwde in 1618 met diens stiefdochter, Catharina Fourmenois (1598-1665). Rond 1625 voegde hij de naam Cour ten aan zijn achternaam toe. Samen bewoonden zij het 'grote huis' in de Lange Noordstraat, ter wijl zij vanaf 1653 kasteel Popkensburg in Sint Laurens als buitenverblijf bezaten. Als kiezer van Middelburg, kerkenraadslid en bewindhebber van de Verenigde Oost-Indische Compagnie voor de kamer Zeeland was Pieter Boudaen Courten een vooraanstaand lid van de Middelburgse burgerij.7 Vier tazza's Niet alleen de aantekeningen van Nicolaas Lam- brechtsen van Ritthem maken melding van het bestaan van vier drinkschalen met een afbeel ding van Guillaume Courten achter tralies. Ook in achttiende-eeuwse familiepapieren worden zij genoemd. Daardoor is bekend dat in 1786 één exemplaar zich in het bezit van de Middelburgse burgemeester Jacob van Citters (1708-1792) bevond, dat een ander exemplaar destijds eigen dom was van de Middelburgse VOC-bewindheb- ber Daniel Steven Schorer (1737-1790) en dat twee exemplaren in dat jaar in handen waren van Sophia Huydecoper (1739-1801), weduwe van mr. Johan Boudaen van Schellach in Amsterdam. Courten-tazza, zilveren drinkschaal op voet van onbekende meester, 1597. Collectie Zeeuws Museum, collectie Zeeuws Genootschap, G10-011. Foto: Ivo Wennekes, Middelburg. Toen de gelegenheid zich voordeed een van deze schalen voor het Genootschap te verwerven, begon een maandenlange speurtocht naar de vererving van de schalen en hun huidige verblijfplaats.8 Hoewel de familiegenealogie buitengewoon inge wikkeld is ten gevolge van onderlinge huwelijken en het kinderloos overlijden van verschillende tel gen, wijzen archiefstukken erop dat alle vier de tazza's vererfd zijn via de zonen van Pieter Bou daen Courten en Catharina Fourmenois.9 Eén tazza kwam via hun oudste zoon Johan (1635-1716) en zijn zoon Gideon in het bezit van Sophia Huydecoper. Een tweede schaal kwam in 1745 terecht bij Johans kleindochter Anna Sara, de echtgenote van burgemeester Jacob van Cit ters. Dat het hier om twee verschillende exempla ren gaat, blijkt uit het opgegeven gewicht: res pectievelijk '16 oneen en 15 engels' en '16 oneen Een tazza van de familie Courten 83

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2010 | | pagina 5