redden?' Tante Jo zei: 'Ja hoor Kees, ze komen vast!' Op het laatst zei hij nog: 'Het duurt zo lang. De Here Jezus zal ons toch wel helpen?' Tante Jo zei: 'Ja hoor, de Here helpt ons.' Daarna was het stil. De jongen is toen stilletjes verdronken. Het water bleef nog steeds stijgen en het kwam tot aan de lippen van tante Jo." C. Puijpe, een van de reddingswerkers vanuit Koudekerke, is vrij snel aanwezig om te helpen. "Ze willen bij de molen aan de gang, maar dat kan nog niet. Overal ligt modder, tot in de huizen toe. Bij de dijk is alles omgeploegd." "We overwogen de mensen uit de molen te bergen, maar er was nog geen opruimploeg aangekomen zodat we eigenlijk niets konden doen. Naast de molen is de dijk tot aan de duinen weggeslagen. Bij hoogwater stroomt de zee met grote kracht naar binnen. Er liepen twee varkens, een geit en een groot aantal konijnen tussen het puin in het rond. Midden in de puinhopen springt opeens een bom met een doffe knal. Er spuit een straal water en modder omhoog. Later kwamen de auto's aan en konden we beginnen met het vervoer van zie ken, gewonden en ouden van dagen die we naar Oostkapelle brachten." Gelatenheid De verhalen van 3 oktober en de dagen erna laten zich lezen als een macaber boek. Van de maand oktober zijn het voornamelijk herinneringen van mensen uit Walcheren. Er is sporadisch inbreng van Duitse of Engelse zijde. Wat opvalt is de gela tenheid van de mensen en de stille vanzelfspre kende manier waarop ze elkaar helpen. Soms zijn er spannende momenten tussen de bezetter en de burgers. Neeltje, 47 jaar oud, schrijft erover op de tweede dag dat Westkapelle wordt gebombardeerd. Zij is met haar familie geëvacueerd en zit in Oostkapelle. Neeltje, (17 oktober 1944): "Vandaag bombar deren ze weer heel de kust. We lopen van huis weg tot aan het water, ik kan niet verder. Einde lijk komt vader thuis. Hij heeft een angstige reis gehad en zegt: 'Nu ga ik niet meer.' Er komen ook weer Duitsers op het Herenhuis. Ineens staat er een roodharig kreng voor ons en zegt dat hij meisjes moet hebben om de boel schoon te maken op het Herenhuis. We zeggen dat wij allemaal vrouwen zijn die voor ons gezin moeten zorgen. Hij zegt: 'Breng me je persoonsbewijs.' Bie duikt november 1944, rond li.30 uur. Collectie Royal Marines Museum Portsmouth. 134 Memories to Share

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2010 | | pagina 16