modellen. De indeling van de parterre in de Zierik- zeese tuin, met zijn driehoekige vakken, komt zelfs in vrijwel diezelfde vorm voor op een model voor een middelgrote tuinaanleg in het boek. Op Dezal- liers voorbeeld ontbreekt echter het middenpad.5 Het veilingverslag maakt duidelijk dat Baster dit tuingedeelte op hoofdlijnen ongewijzigd liet, want alle onderdelen die de kaart toont, komen daar ook in voor. Allereerst was er "de thuinkamer ter linkerzijde van den hof", waarmee het gebouw naast de ingang aan het Vrije bedoeld moet zijn. Het gebouw rechts van de ingang was vermoede lijk de tuinmanswoning. Vervolgens wordt "den Bloemhof" genoemd, waarin "de Kom" lag. Dit betreft het al genoemde speelhof met de parterre en het bassin. Daaraan grensde "het Terras", wat overeenkomt met de afbeelding op de kaart uit 1751: de boogvormige afsluiting van de tuin zal iets hoger gelegen hebben dan de rest en op die manier een soort podium of terras hebben gevormd. Het meest opvallende beeld op laatstgenoemde plek was een verguld loden beeld van Apollo, god van de zon, aan welk hemellichaam deze tuin zijn naam ontleende. Deze figuur en zijn plaats lijken de sleutel te zijn tot het decoratieprogramma dat Baster aan zijn tuin gaf. Het was immers de zon die de wetenschap verlichtte waar deze geleerde zich met zoveel ijver aan wijdde. Ook als helende kracht en brenger van het goede zal de godheid een bijzondere betekenis voor de medicus hebben gehad: Apollo was tenslotte de vader van Askle- pios, god van de geneeskunst. Verder werd Apollo ook wel als tegenhanger gezien van Dionisos, god van wijn en theater; waar de eerstgenoemde de verstandelijke kant van de mens belichaamde, stond de andere voor bevrediging van wellust. Het zal duidelijk zijn met wie de hardwerkende Baster zich wilde identificeren. We mogen aannemen dat het beeld midden op het Terras heeft gestaan, met een zichtbaar voor de bezoeker die vanaf de straat de hof betrad. Zo leek het een acteur op het podium in een theater. De triomfboog die in de Bloemhof stond, zal als een toneelomlijsting van het beeld hebben gefungeerd. Daarmee verhief deze de zonnegod tot hoofdrolspeler van deze tuin en gaf de beschouwer aan wat de thema's van de hof waren: een oord waar de verlichte wetenschap de natuur en de kunst bijeen had gebracht en waar deze zich aan het publiek vertoonden.6 Naast Apollo stonden wat meer aardse figuren: een "houte Harlequin" en een "houte Scharmoes" ofwel Harlekijn, en Scaramuccia, bekende figuren uit de Italiaanse komedie. Het feit dat ze van hout waren, betekent mogelijk dat het gefiguurzaagde houten schotten waren, waarop de beeltenissen waren geschilderd. In Het Zonnehof stonden ze op een verhoging, maar het kwam ook wel voor dat er een compleet hagentheater in de tuin was aangelegd voor deze figuren.7 De theaterfiguren in Basters tuin, geplaatst op het podium en naast de zonne god, dienden mogelijk als verwijzing naar het ple zier in de beoefening van de wetenschap, en als relativerende noot voor de misschien soms al te serieuze onderzoeker.8 Op het Terras kon de bezoeker verder nog genieten van twee houten krokodillen en "2 groep jes met houte pedestallen" [voetstukken]. Een groepje is doorgaans een beeld van spelende kleine kinderen, zogenoemde putti. Twee "blauwe gezande potten" zonder voetstuk en twee "gebakke witte faassen met steene pedestallen" waren er eveneens te vinden. In de Bloemhof kon men op mooie dagen bui ten zitten. Er stond een "leye [leistenen] tafel op eene houte voet", nog een stenen tafel op eveneens een houten voet en twee groen geschilderde ban ken met leuningen. Vier vergulde loden beelden op arduinstenen voetstukken moeten de pronkstuk ken van de bloementuin geweest zijn. Nu het erop lijkt dat de tuin een doordacht iconografisch pro gramma had, zou het zeer interessant zijn geweest om te weten wat deze beelden voorstelden, maar de beschrijving vermeldt dit jammer genoeg niet. De betekenis van twee "groote houte beelden" met arduinstenen voetstukken wordt evenmin aange geven. Twee vergulde loden tuinvazen en twee van terracotta, alle op voetstukken, vormden de rest van de beeldencollectie. Tussen de bloemparterre en het Terras bevond zich het bassin, dat in het veilingverslag "de Kom" wordt genoemd. Daarbij stonden twee groen geschilderde banken. Groen was de overwegende kleur voor het tuinmeubilair in Het Zonnehof: ook de twee banken in het Groene Laantje hadden die kleur. Gezeten op die bankjes kon men kijken naar een "houte Japonnist", een vermoedelijk op een houten schot geschilderde beeltenis van een Japanner. Deze zou een verwijzing naar het land van herkomst van Basters geliefde goudvisjes kun nen zijn. Het Groene Laantje heette vermoedelijk zo omdat Een theater voor 'turnoefeningen' 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2011 | | pagina 7