Oosterschelde opvangbekken zijn als de kering
verwijderd is?
Interessant is dat de zoetwaterschaarste die
ten gevolge van deze maatregelen in de Zeeuwse
en Brabantse landbouw ontstaat, wordt opgelost
door beprijzing.
De grote afwezige in de beschouwingen van
de commissie is het Haringvliet, met de oudste
stormvloedkering: de Haringvlietsluis, die als
eerste verouderd en te laag is. Wat gebeurt hier?
Wordt het getij hersteld en het water brak? Er
wordt in het geheel niet over gerept, terwijl er
toch veel geld mee gemoeid zal zijn.
Aanbeveling 9 stelt dat het Programma Ruimte
voor de Rivier geheel uitgevoerd moet worden.
Geen verandering van beleid dus. Overigens zij
opgemerkt dat hier het bekostigen van natuur uit
hoogwaterbudgetten is begonnen. Voor 700 mil
joen euro was de veiligheid verzekerd door dijk
versterking, nu wordt er 2,2 miljard euro besteed
met als extra bate nieuwe natuurgebieden.
Bij deze aanbeveling ontbreekt node een
beschouwing over het effect van de zeespiegelrij
zing op de rivieren. Hierdoor zal het bed van de
rivier op den duur met eenzelfde hoeveelheid stij
gen door aanslibbing. Dit maakt dijkverhoging
tot aan Arnhem noodzakelijk.
In aanbeveling 10 wordt het principe van het
getemde water omhelst voor het benedenrivieren
gebied. Door de extrema van de waterstanden in
bedwang te houden kunnen de fraaie stadsfron-
ten als Dordrecht behouden blijven. Zo stroomt
ook de getemde Oude Rijn door Utrecht. De uit
breiding van wonen langs de rivier wordt moge
lijk zonder risico, omdat het niet meer echt bui
tendijks is. Een ambitieus plan, dat verder
uitgewerkt moet worden naar kosten en baten.
De noodzaak van de verhoging van het IJsselmeer-
peil, die in aanbeveling 11 wordt voorgesteld en in
de Volkskrant herhaald, wordt naar mijn mening op
geen van beide plaatsen onderbouwd op een wijze
die de enorme staatsinvestering rechtvaardigt. Het
effect zal tot Zwolle op de IJssel merkbaar zijn. De
hele infrastructuur rond het meer zal moeten wor
den aangepast. Voor de kust van Makkum zal een
heel vakantiedorp onder water verdwijnen, evenals
het door de Noordse woelmuis bewoonde aangren
zende natuurgebied. Veel waardevolle oevergebie-
den zullen verdrinken.
Dijkwerkers gebruiken een heistelling voor het herstel van de schade door de storm op 2 februari 1944 op de Westkapelse Zeedijk.
Foto: Neeltje Flipse-Roelse. Collectie Polderhuis te Westkapelle, cat.nr. 310 NFR.
Zeeland en zeewater
101