A'V
mocht deze niet worden doorgestreept of wegge-
gumd. Onjuist gestelde woorden en cijfers moes
ten worden doorgehaald en met een verwijsteken
in de kantlijn van de akte worden verbeterd.
De ambtenaren van de burgerlijke stand wer
den beëdigd door de rechtbank van eerste aanleg,
vanaf 1838 arrondissementsrechtbank. De wet
kende twee typen ambtenaar: de bezoldigde en de
onbezoldigde. De bezoldiging per jaar was afhan
kelijk van de grootte van de gemeente.
De ambtenaar van de burgerlijke stand had
een zekere mate van zelfstandigheid. Uiteraard
waren er de wettelijke regels die hij moest hante
ren, maar hij moest toch bij elke aangifte beslis
singen nemen. Zo mocht hij bepaalde voornamen
weigeren en moest hij beoordelen of de bewijs
stukken die bruidsparen overlegden voldoende
bewijskracht bezaten.
De president van de rechtbank van eerste
aanleg hield toezicht op het inschrijven van de
akten door de ambtenaren van de burgerlijke
stand. De controle was streng en er waren sanc
ties als de rechtbank fouten in de akten consta
teerde. Vooral door de ambtenaren van de platte
landsgemeenten werden veel fouten gemaakt. Om
de grote hoeveelheid fouten te 'beteugelen' wer
den de akten met ingang van 1815 in de vorm
van formulieren in de registers opgenomen. Het
opmaken van de akte was vanaf dat moment voor
de ambtenaren een stuk makkelijker omdat de
formuleringen al waren voorgedrukt en zij alleen
nog maar namen, persoonsgegevens en data
hoefden in te vullen. In 1821 constateerde de pro
cureur-generaal van het Hoog Gerechtshof in Den
Haag dat het aantal fouten (in de circulaire staat
"overtredingen") aanzienlijk minderwas dan in
de voorgaande jaren.
Uit de administratie van de rechtbanken in de
eerste decennia van de negentiende eeuw blijkt
dat er ondanks de formulieren, de instructies en
het toezicht regelmatig fouten werden gemaakt.
Op 16 september 1861 veroordeelde de Arrondis
sementsrechtbank te Zierikzee twee ambtenaren
van de burgerlijke stand, één tot een geldboete
van 2,50 wegens het niet vermelden van de
geslachtsnaam van de moeder in een geboorte
akte, terwijl een andere ambtenaar tot een boete
van 10,- werd veroordeeld wegens het niet
onmiddellijk inschrijven van een aangifte van
een geboorte. Burgemeester Dingeman Hallingse
van Nieuwerkerk kon niet meer worden gestraft
voor de door hem gemaakte fouten. Hij had ver
zuimd om onder veertien door hem opgemaakte
geboorteakten in het register van 1860 zijn hand
tekening te zetten. Hij overleed in juni van dat
jaar en zijn opvolger F. Bouman werd toen door
Aantal geboorten/huwelijksvoltrekkingen/overlijden BS 1811-1910
8.000
i i i I i i i i i i
O rfo n^>
cO cxx .Ov>
I 11 1 'I 1
I 11 I 11 I
I 11 11 I I
11 I I I I 11 I I I I I
\U V
S> iA Sp Sp
■Geboorten
Huwelijksvoltrekkingen
Overlijden
7.000
6.000
5.000
4.000
3.000
2.000
1.000
128
De staat der Zeeuwen