toen al lang voorbij. In Zierikzee trad omstreeks deze tijd echter het verval in. Na 1747 stortte daar de koopvaardijvaart in, die tot die tijd de al inge zette neergang van de visserij had gecompen seerd. Nadat Nederland betrokken was geraakt bij de Oostenrijkse Successieoorlog werd de handel De demografische en economische neergang zou zich niet tot Zierikzee beperken. Middelburg en Vlissingen kwamen ook aan de beurt, maar op een later moment en door andere oorzaken. Mid delburg, dat voor zijn handel ook sterk afhanke lijk was van Frankrijk, ving de klap van de Johan Pieter van den Brande (1707-1758) gaf eveneens aan Baurscheit opdracht zijn buitenhuis Sint Jan ten Heere te Aagtekerke te ontwerpen. Het werd een imposant gebouw, bestaande uit een koepelzaal met aan weerszijden twee vleugels die iets naar voren bogen. Tekening Jan Arends (1738-1805), 1775-1777, Zeeuws Archief, Zelandia illustrata II, 109a. met de Zuidelijke Nederlanden stilgelegd. Dat was voor Zierikzee fataal. De oorlog tussen Pruisen en Oostenrijk, met de Oostenrijkse troon als inzet, trok vrijwel alle landen in Europa met zich mee. Nederland was een bondgenoot van Oosten rijk, en Frankrijk van Pruisen. Voor Zierikzee was de transitohandel tussen Frankrijk en het Vlaamse en Brabantse achterland de belangrijkste bron van inkomsten. Meer dan de helft van de in Zierikzee uitgeruste schepen voer op Frankrijk. Toen die vaart in 1747 werd afgesneden, was er geen houden meer aan. De economische neergang ging snel en kwam hard aan. Zierikzee heeft haar positie als handelsstad niet kunnen herstellen. De bevolkingsaantallen liepen als gevolg van het economisch verval drastisch terug. In 1752 woonden er 10.500 mensen in Zierikzee, in 1786 waren dat er nog slechts 6.588.7 afsluiting in 1747 op met een welig tierende smokkelhandel. Tot 1780 konden de handelsacti viteiten in de hoofdstad ongeveer op een gelijk niveau blijven, omdat Middelburg stevig veran kerd was in haar handelsnetwerk. De Oostenrijkse Nederlanden bleven op haar aangewezen voor de aanvoer van specerijen, thee, cacao en suiker en voor de uitvoer van linnen. De handelscompag nieën op de Oost en de West waren hier van grote betekenis. Brusse verklaart de voortgaande stabi liteit van Middelburg ook uit het feit dat de han delsstad wist te profiteren van de afsluiting van de Schelde, die al sinds 1585 van kracht was. Het ging hier om een economische blokkade, waar door goederen op schepen die bestemd waren voor het achterland in Zeeuwse havens moesten worden overgeladen op binnenvaartschepen. Het systeem van convooien en licenten - een belas- Desurbanisatie in Zeeland 27

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2012 | | pagina 37