den STADHUIS TOOREN te SLUIS in VLAANDDRER beam van het laar 1Ü2Ï. De Groore MARKT en een gedeelte van te Zien in het De Grote Markt en een gedeelte van de stadhuistoren te Sluis, 1827. Aquarel: Jacob Willem Callenfels GWzn (1792-1882). Zeeuws Archief, Zelandia Illustrata II, 3198. nogal eclectisch worden ontleend aan diverse benaderingen. Die manier van werken leidt ertoe dat de lezer in het eerste deel van dit boek niet gepakt wordt. Eveneens blijft hij sceptisch omdat de benaderingswijze en de keuze van de onder werpen geen dwingend karakter hebben. Geregeld komen vragen op als waarom zo, waarom niet anders, waarom dit en dat en waarom niets anders. Deze studie is kennelijk ook op een andere manier door de projectreeks beïnvloed. De cultu rele relaties worden niet ingebed in de politiek- bestuurlijke geschiedenis, die zullen wel in de andere delen beschreven worden. Dit leidt dan wel tot een opvallend verlies aan context. Zo schenkt de schrijver terecht flinke aandacht aan de Aardenburgse sociëteit Spoor tot Vriendschap, opgericht in de jaren zeventig van de achttiende eeuw. Dat die sociëteit een bolwerk was van patri otten blijft echter onvermeld, evenals het feit dat de belezen en rijke boer Benteijn (van een boerde rij tussen Groede en Oostburg) ook lid was van die sociëteit, wat gezien de betrekkelijk grote afstand tot Aardenburg en zijn rol als exponent van een klasse van ontwikkelde herenboeren toch wel aardig is. Kun je die sociëteit nog wel een plattelandsclub noemen? In dit verband kan dan ook de vraag gesteld Boekbesprekingen 77

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2012 | | pagina 43