Zeeland 21.3
Aanwinsten september
G.G. Trimpe Burger-Mekking
Het Historisch Genootschap Roterodamum gaf
naast het Rotterdams Jaarboekje het tijdschrift
Kroniek uit, in 2012 vervangen door het histo
risch magazine Meent, dat vier maal per jaar zal
verschijnen. Een felicitatie waard. Meent is een
kloek, mooi uitgevoerd tijdschrift, met in het eer
ste nummer veel interessante artikelen die op de
een of andere manier met de geschiedenis van
Rotterdam te maken hebben. Het Bureau Oud
heidkundig Onderzoek van Gemeentewerken Rot
terdam (BOOR) zal in Meent regelmatig berichten
over archeologisch onderzoek in Rotterdam ver
zorgen; in dit nummer vertelt D. Wesselingh over
het onderzoek naar de resten van een kasteel in
Charlois, waarschijnlijk gebouwd omstreeks 1300.
De fundamenten zijn in 1960 getekend en gefoto
grafeerd en in 2007 zijn ze beschermd als archeo
logisch monument. De omtrek van het kasteel is
zichtbaar gemaakt in de bestrating.
S. van der Velden laat ons kennismaken met
de vroegere bewoners van de Kikkersteeg, een
van de stegen die liep van de Coolvest - zo heette
de Coolsingel toen die nog water bevatte - naar
de Delftsche Vaart, in het gebied dat na 1911
werd vrijgemaakt voor de bouw van een nieuw
stadhuis. Het beeld dat we krijgen van de Rotter
damse binnenstadbewoners: leven van de bede
ling en niet echt geneigd tot werken. Geen won
der, de woon- en leefomstandigheden waren naar
onze maatstaven onvoorstelbaar.
Over de perikelen rond het benoemen van een
architect voor de bouw van dat nieuwe stadhuis
schrijft B. Maandag.
In Meent komt ook een vaste rubriek, 'De
wandeling'. Het gaat over de plekken die een
onuitwisbare indruk hebben gemaakt op de
bewoners; in de eerste aflevering is dat het Afri-
kaanderplein en de geïnterviewde bewoner van
Rotterdam is Nebahat Albayrak.
In de rubriek 'Het gebouw' wordt het voorma
lige landhuis Huize Schoonderloo in Delfshaven
besproken en in 'Beeldende Kunst' het reuzenmo-
zaïek van Dick Elffers op de gevel van een rub
berfabriek van Shell, gefabriceerd door De Porce-
leyne Fles in Delft.
Romeinen aan de Rijn heet de jongste aflevering
van een serie uitgaven van de Rijksdienst voor
het Cultureel Erfgoed van het ministerie van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (2012, 2).
Nederland is al met negen gebouwen en gebieden
vertegenwoordigd op de lijst van werelderfgoede
ren. Een van de kandidaat-werelderfgoederen die
in de komende jaren zal worden voorgedragen is
de grens van het uitgestrekte Romeinse Rijk. Die
grens liep ook door Nederland en is van grote
invloed geweest op de vorming van ons land.
M. Dolfin schreef 'Villa Jongerius. Huis van
honderd verhalen', over de villa uit 1937 van
Ford-dealer Jan Jongerius, ontworpen door Jan
Jongerius zelf. Hij was zoon van een tuinder,
actief katholiek, reiziger, levensgenieter en vader
van een groot gezin. Het huis, het erachter gele
gen kantoorgebouw en de tuin zijn beschermd als
rijksmonument.
Oud metselwerk blijkt heel wat geheimen in
zich te dragen. Drie vakmensen vertellen erover
in 'De geheimen van de gevel'.
Verder komen in dit nummer de reparatie van
een hunebed aan de orde, de cultuurhistorie van
de duinen tussen Katwijk en Den Haag, het
beschermde stadsgezicht tuindorp Vreewijk en een
onderzoek naar historisch isolatiemateriaal, dat
voor een groot gedeelte uit kurk bleek te bestaan.
Het Genootschap Amstelodamum zond het Jaar
boek 2011. Over de totstandkoming van het Nati
onaal Monument op de Dam is al verschillende
malen gepubliceerd, en ook is de samenwerking
van beeldhouwer John Raedecker (1885-1956) met
architect J.J.P. 'Bob' Oud (1890-1963) uitvoerig
aan de orde geweest. In dit jaarboek is een artikel
gewijd aan de samenwerking tussen Oud en de
letterontwerper-typograaf Jan van Krimpen
(1892-1958). Hoeveel correspondentie, formele en
informele bijeenkomsten nodig waren voordat er
overeenstemming over de grootte en vorm van de
letters en de inhoud van de tekst bereikt was, zal
de lezer verbazen; we lezen het in 'De belettering
van het Nationaal Monument op de Dam' (auteur
J.A.A.M. Biemans).
Aanwinsten
113