ken met die van tegenwoordig. Nog geen 5 pro- cent van de werkende Zeeuwen is actief in de agrarische sector, zodat van een banenmotor echt geen sprake meer is.15 De beide historici ontzeggen de Zeeuwse havens ook enig economisch bestaansrecht nu de vrije vaart op Antwerpen verzekerd lijkt. Zij spreken zich in de PZC dan ook onomwonden uit tegen de bouw van de Westerschelde Container Terminal (WCT): "verspilde moeite" en "gedoemd te mislukken". Volgens Mijnhardt kijken de pro vinciale bestuurders te veel naar de zeventiende eeuw. Geen enkele voorstander van de WCT heeft echter beweerd dat door de aanleg van de contai nerhaven de gouden tijden van weleer zullen wederkeren. De WTC moet veel meer gezien wor den als een doorontwikkeling van de moderne zeehavens die vanaf de jaren zestig in de vorige eeuw zijn ingericht. Dat de aanleg van de Sloeha- ven in de jaren zestig van de vorige eeuw "een weinig geslaagd project" zou zijn, zoals Mijnhardt en Brusse in de PZC beweren, kan toch geen con clusie zijn van hun studie naar de Zeeuwse geschiedenis tussen 1750 en 1850 en wordt ook niet gestaafd door de feiten. Zo steeg het aandeel van de Zeeuwse zeehavens in de totale internati onale goederenstroom over zee van en naar Nederland van 1,7 procent in 1965 naar 5,3 pro cent in 2000.16 Tot slot Het desurbanisatieproject heeft de kennis van een onderbelichte periode en een verwaarloosd thema uit de Zeeuwse geschiedschrijving op originele wijze onder de aandacht gebracht. Het overtuigt echter niet in het ambitieuze streven om aan de hand van de historie van Zeeland een nieuwe visie op de Nederlandse geschiedenis te presente ren. Dat ten slotte de hedendaagse politici hun blik niet moeten richten op de Gouden Zeven tiende Eeuw is geen onverstandig advies, maar om dan maar de periode 1750-1850 als maatstaf te nemen voor de belangrijke keuzes die voor de toekomst van Zeeland gemaakt moeten worden, is zo mogelijk nog onzinniger. Dit zal leiden tot eco nomische rampspoed waarbij de provincie niet alleen een nieuwe desurbanisatie maar ook een krimp op het platteland te wachten staat. Noten 1. Jan de Vries en Ad van der Woude, Nederland 1500- 1815. De eerste ronde van moderne economische groei. Amsterdam 1995. 2. P. Brusse, Gevallen stad. Stedelijke netwerken en het plat teland van Zeeland 1750-1850. Zwolle 2011, pp. 14, 86. 3. P. Brusse en W. W.Mijnhardt, Towards a New Template for Dutch History: De-urbanization and the Balance between City and Countryside. Zwolle 2011, pp. 30-32. 4. Brusse, Gevallen Stad, pp. 191, 197; Brusse, Towards a new template, pp. 29, 59; zie ook: P. Brusse, 'Periferie of centrum of iets daartussen', in: Tobias van Gent en Pieter Ippel (red.), Zeeland in de wijde wereld. Liber amicorum voor Willem van den Broeke. Middelburg 2012, pp. 18 en 21-23. 5. Brusse, Gevallen Stad, pp. 33, 85. 6. Brusse, Gevallen Stad, pp. 32, 36, 99 en 103; Brusse, Towards a new template, p. 21. 7. Brusse, Gevallen Stad, pp. 86, 95. 8. Zeeland. Tijdschrift van het Koninklijk Zeeuwsch Genoot schap der Wetenschappen, jrg. 21.2, p. 78. 9. Zeeland. Tijdschrift van het Koninklijk Zeeuwsch Genoot schap der Wetenschappen, jrg. 21.1, p. 31 e.v. 10. J. Zwemer, 'Sociale geschiedenis en geschiedschrijving in Zeeland: pleidooi voor een benadering van "onderop" en een professionele omgang met bronnen', in: Van Gent en Ippel, Zeeland en de wijde wereld. Middelburg 2012, p. 49 e.v. 11. A.P Ommen, 'De liberale kiesvereniging "De Grondwet" te Middelburg van 1858 tot 1880', in: Archief Mede delingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen 1981, pp. 1-128. 12. P. Sijnke en T. van Gent, Geestelijken, regenten en koop lieden. Meer dan 1000jaar geschiedenis van Middelburg. Middelburg 2001, p. 96. 13. Zie bijvoorbeeld: 'Nederland, het land van Ot en Sien', in: A/ftC, 9 september 2011, en W.W. Mijnhardt, 'De bloei ende 18de eeuw. "Eeuw van verval" blijkt juist eeuw van groei', in: Geschiedenis Magazine A (2012), pp. 14-19. 14. Brusse, Towards a new template, pp. 11,99; 'Nederland, het land van Ot en Sien'. 15. De werkgelegenheidscijfers zijn afkomstig van het RIBIZ en gepubliceerd in de Economische Agenda 2013-2015 van de provincie Zeeland, september 2012. 16. P. Brusse en W. van den Broeke, Provincie in de periferie. De economische geschiedenis van Zeeland 1800-2000. Utrecht 2005, p. 376. 148 Desurbanisatie

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2012 | | pagina 30