levliet zien hoe ons literair erfgoed aan volgende generaties wordt doorgegeven. Moderniseren en inkorten zijn veelgebruikte strategieën en zo pro beren de bewerkers rekening te houden met leef- en beleveniswereld van jongeren, maar zeker ook met de opvattingen van volwassenen over wat geschikt is voor jonge lezers. De Verslagen (2011, 3) is een themanummer met de titel Commentaar! In het artikel 'Geleerdheid in de marge' (M. Teeuwen) wordt ingegaan op het fenomeen van middeleeuwse handschriften met interlineaire en marginale aantekeningen - glos sen en commentaren. Deze marginale teksten geven meer vrijheid aan kopiisten dan de hoofd teksten en hebben een veel ingewikkelder overle- vingsgeschiedenis. S. Bax vraagt zich in 'Hoeveel toekomst heeft gisteren?' af waarom een editie moet worden voorzien van commentaar. Dat commentaar zou de lezer van vandaag terugbrengen naar de situa tie waarin de historische lezer zich bevond. De tekst zou toegankelijker worden en beter esthe tisch te waarderen zijn. Aan de hand van het toneelstuk De knop van Harry Mulisch reflecteert de auteur op nut en noodzaak van een eventueel commentaar. Hij vraagt zich af of we, door het schrijven van een commentaar, niet juist de tekst van historiciteit ontdoen en bovendien is het moeilijk al het reconstructiewerk dat ten grond slag ligt aan het commentaar te traceren. In TIC, het tijdschrift voor industriële cultuur (2012, 3), een lang stuk van P. de Reu: 'De groei van een stedelijke textielindustrie op het Oost- Vlaamse platteland: Waarschoot, van textieldorp naar katoenbastion'. De Gentse textielbaron Joseph de Hemptinne bouwde in 1881 een textiel fabriek in Waarschoot. Het textieldorp groeide snel uit tot een groot textielbastion. Eind negen tiende eeuw verhuisde het zwaartepunt van de Oost-Vlaamse textielproductie van de provincie hoofdstad naar het platteland. Voor de dorpssa menleving van toen had dat ingrijpende gevol gen. Het platteland kende een eigen dynamiek, maar door het moderne industrialisatieproces dat voorheen een typisch stedelijk fenomeen was, kwamen werkstakingen, arbeidersemancipatie en fabrieksongevallen ook op het platteland terecht. Van de Nordrhein-Westfalische Akademie der Wissenschaften und der Künste is een boekje bin nengekomen met de titel Musik und Spiritualiteit im englischen Psalter des spatmittelalterlichen Mystikers Richard Rolle (auteur K. Reichl). Rolle was een Engelse kluizenaar uit de veertiende eeuw. Hij is bekend om zijn religieuze geschrif ten, met name die over de drie trappen van liefde voor God die hij onderscheidt: onovertroffen liefde, ondeelbare liefde en als hoogst bereikbare de liefde die voor ieder mens enig is in zijn soort, zó wonderbaarlijk dat die liefde niet te beschrij ven valt. Als de laatste trap is bereikt wordt voor de mens "das Denken zu Gesang". Bespreking van de tekst van de psalmen, psalmgezang en psalm- muziek zijn het leidmotief in Rolles werken, die overigens in de middeleeuwen wijdverbreid en toonaangevend waren, en die hij in het Latijn of Engels schreef. Het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwe tenschappen te Brussel (Franse titel: Institut Royal des Sciences Naturelle de Belgique) gaf tot nu toe jaarlijks drie boekwerken uit: Aardweten schappen, Biologie en Entomologie. De delen Bio logie en Entomologie zullen helaas niet meer ver schijnen. Vanaf heden worden aangeleverde artikelen opgenomen in Belgian Journal of Zoo logy en European Journal of Taxanomy. Het deel Aardwetenschappen - Sciences de la Terre van 2011 bevat elf artikelen. 0. Walliser en P. Bultynck beschrijven de evo lutie van de conodonten (uitgestorven kaakloze vissen) uit de Eifel- en Givettijdperken van Marokko. M. Coen-Aubert herziet de datering van de uitgestorven Rugosakoralen in de Chalonne-for- matie (Midden Devoon). E. Steurbaut beschrijft twaalf nieuwe groepen van kalkhoudende nannofossielen, haptophyte Aanwinsten 151

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2012 | | pagina 33