"Verders alles in goede orde", "Verders niet merk waardigs" en "Verders alles volgens houd gebruik" (zoals gebruikelijk). Spannende dagen wisselen af met tal van dagen waarop Kees schrijft: "Vandaag niets bezonders wijnig wind." Heel belangrijk zijn de vele visites die werden gemaakt en de vele visite die werd ontvangen. Voor belangrijke bezoekers werd de "salontent" opgezet, getooid met de Nederlandse vlag en ver sierd met teksten uit de Koran. Arie was tien jaar jonger dan Kees. Net als Kees geeft hij een goed beeld van het dagelijks leven in "ons kamp". Zijn dagboek heeft elemen ten van Kuifje bij de Touaregs maar ook van Kro niek van een aangekondigde dood. Het geeft inzicht in de verschillende waarschuwingen voor het naderend onheil (de moord) die het kamp bereikten maar in de wind werden geslagen. Het lijkt dat allerlei mensen wisten of vermoedden wat er zou gaan gebeuren, maar de reizigers zelf ontkenden het gevaar. Een ander belangrijk thema in het dagboek van Arie is geld. Degene die in opdracht van de freule de kas beheerde had een belangrijke machtspositie en daar waren nogal eens conflic ten over. Arie nam de kas over van Kees toen die zich bij het boodschappen doen had laten oplich ten. Hij noteert alle uitgaven in Maria Theresia- thalers (de munteenheid van die tijd in de regio), maboubs en piasters. Er moet voortdurend provi and worden ingeslagen om het omvangrijke gezelschap te voeden en er is dagelijks gesteggel over geld. Een bont gezelschap Tussen de reizigers (Nederlanders, Arabieren, Negers) bestonden grote sociaaleconomische, cul turele en religieuze verschillen, en ook de drie groepen op zich vormden geen eenheid. Alexine behoorde tot de hoogste sociale laag, ze had een adellijke titel en verkeerde in de hof kringen. Door introductiebrieven stonden diplo maten en plaatselijke hoogwaardigheidsbekleders overal voor haar klaar. Kees beschrijft hoe hij diep bloosde en geen woord kon uitbrengen toen hij voor het eerst oog in oog met de freule stond. De freule op haar beurt had in een brief aan haar oom Jules geïn formeerd hoe ze moest omgaan met een kapitein, slechts een "halve gentleman". Hij antwoordde dat ze deze werknemer, als ze hem sympathiek vond, tijdens een onderhoud eventueel een stoel zou kunnen aanbieden. Mevrouw Wilhelmie, de vrouw van de kapitein, zou later door Tinne als volgt worden beschreven: "een burgerjuffrouw die in Rotterdam op een bovenwoning huisde en J GEISER Pcmtre&Photo$raphe de M.i'EmpereUr Arie Jacobse. Collectie Beeldbank Haags Gemeentearchief, Bibl. OM 16-38. nooit verder dan Antwerpen was geweest". De kapitein, aan boord het hoogste gezag, stond in de woestijn onder bevel van Alexine. De Arabieren hadden meer macht en status dan de Negers. Sommigen waren najaren in dienst te zijn geweest vertrouwelingen van de freule geworden, en dat gold met name voor ene Abdallah. Het laagste echelon in de categorie Arabieren werd gevormd door de kameeldrijvers, die vaak lokaal en tijdelijk werden ingehuurd. Ook tussen de Negers in het reisgezelschap bestonden grote verschillen. Sommigen van hen behoorden tot Alexines huishouding. Maar gevluchte slaven die werden meegenomen hadden nauwelijks aanzien en rechten. Kees beschrijft Zeeuwse zeelui in de woestijn 127

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2012 | | pagina 9