Ze
Aanwinsten december
G.G. Trimpe Burger-Mekking
Het historisch tijdschrift Holland (2012, 3) is een
themanummer: 'Thuis in Holland'. Het blijkt dat
in tijden van crisis huiselijke neigingen extra aan
de oppervlakte komen. Daarom vond de redactie
van Holland het interessant aandacht te besteden
aan het begrip huiselijkheid, en dan door de
geschiedenis heen. Al in de Gouden Eeuw werd
het beeld van het gelukkige huisgezin gevormd
door een centrale rol van de huisvrouw. D. Dams-
ma en E. Kloek behandelen het begrip huiselijk
heid van de zestiende eeuw tot nu, en stellen de
vraag of huiselijkheid iets typisch Nederlands is.
Vervolgens is er een artikel dat gaat over de vele
schilderijen van huiselijke tafereeltjes in de Gou
den Eeuw (auteur H. de Mare). S. Muurling
onderzoekt de huiselijkheid in de zeventiende en
achtiende eeuw aan de hand van boedelinventa
rissen, en de literaire huiselijkheidscultus komt
aan de orde bij L. Jensen. Het feit dat huiselijk
heid iets is van alle lagen van de bevolking en
van alle sociale klassen, blijkt wel uit de artike
len over huiselijk leven bij Scheveningse vissers
en bij de koninklijke familie in de jaren vijftig
van de twintigste eeuw.
De gemeente Den Haag, Dienst Stadsbeheer, afde
ling Archeologie zond verschillende interessante
publicaties, waaronder Den Haag Ockenburgh.
Een fortificatie als onderdeel van de Romeinse
kustverdediging. Het onderzoek heeft uitgewezen
dat het hier gaat om een klein fort, wat voor
Nederland een tamelijk unieke ontdekking is. In
Nederland zijn namelijk uit die tijd zelden mili
taire installaties aangetroffen buiten de 'limes'
langs de Rijn.
De aangetroffen vondsten bevestigen de ver
onderstelling dat hier militairen woonden en
werkten. Waarschijnlijk werd het fort bezet door
een groep bereden soldaten: er zijn drie paarden-
skeletten gevonden en bronsbeslag. Uit de aarde
werkvondsten - onder andere versierde terra
sigillata - blijkt dat het fortje gefunctioneerd
heeft tussen 150 en 180 na Christus. Het lijkt de
onderzoekers waarschijnlijk dat de fortificatie
bedoeld was om eventuele externe bedreigingen
het hoofd te bieden, en dat er van de Rijnlimes tot
aan Boulogne in Frankrijk, en dus ook in Neder
land, sprake was van een systeem van kustverde
diging.
Andere publicaties van de afdeling archeolo
gie gaan over opgravingen in de Bierstraat
(gemeente Den Haag) en over boerennederzettin-
gen uit de midden-bronstijd.
Valkerij. Topsport in vogelvlucht (auteur E. Meier)
is een deel in de reeks Volkscultuur en Immateri
eel Erfgoed, initiatief van het Nederlands Centrum
voor Volkscultuur. Hoewel Nederland weinig
hoven - de plaats waar valkeniers werkzaam
waren - heeft gehad, was het toch ooit het mid
delpunt van de valkerij in Europa. Vanuit Val-
kenswaard trokken de Nederlandse valkeniers
naar de verste uithoeken om hun vaardigheden
ten dienste te stellen aan adel en vorsten. Tegen
het einde van de achttiende eeuw waren de hoog
tijdagen van de valkerij voorbij: de Franse Revo
lutie en de verbetering van het jachtgeweer waren
belangrijke redenen. Rijk geworden lieden gingen
zich bezighouden met de jacht, en roofvogels
werden door hen niet meer met eerbied bekeken
maar gezien als concurrenten. Toen Adriaan Mol
len, de laatste valkenier van Europa, in 1935 in
Valkenswaard stierf was het met de traditionele
valkenjacht gedaan. 'Valk' is een verzamelnaam
voor de soorten van valk, havik en sperwer. De
verschillende soorten worden in het boek
beschreven, vergezeld van mooie illustraties. De
geschiedenis van de valkerij, het jachtrecht, het
vangen en 'treinen' komen uitgebreid aan de
orde. Zo blijkt samenwerking tussen vogel en
hond bij de jacht uitermate belangrijk te zijn. In
het Valkerijmuseum in Valkenswaard is de com
plete geschiedenis van de valkerij te beluisteren
en te zien, evenals de geschiedenis van het siga-
renmaken, wat ooit een belangrijke industrie voor
de plaats was.
Het Bremisches Jahrbuch van het Staatsarchiv
Bremen (2012) is een bijzondere uitgave naar
aanleiding van het 150-jarig bestaan van de his-
26
Aanwinsten