Ze
ïïjonöerb ÏHjfttg laar
an cntfjem putting
leven. Het is vooral jammer voor Anne Jet. Jouw
vertrek zal het grootste verdriet zijn in haar kin
derleven." Heins vindt dat "een groots gebaar"
van haar werkgeefster. "Ik had het goed naar mijn
zin, maar Ina had gelijk. Ik moest verder en dat
zag zij eerder dan ik."
Voorplat van de bundel Honderd Vijftig Jaar Van Benthem Et
Jutting, samengesteld door een commissie bestaande uit Ina
van der Beugel, Th. Heyblom en H. Pieters. Middelburg 1951.
Wacht u voor de hond
Hoewel weinig bekend is over het sociale leven
van de Brokmeiers in Middelburg, weten de nota
belen Ina van der Beugel wel te vinden voor gele-
genheidsklussen. Zo bestaat in 1951 de prestigi
euze Middelburgse boekhandel Van Benthem Et
Jutting 150 jaar. Van der Beugel maakt deel uit
van de redactiecommissie die een gedenkboekje
samenstelt. In die commissie zit ook de bekende
Zeeuwse historicus H. Pieters. Onder de titel
Wacht u voor de hond schrijft ze een portret van
de ware boekenliefhebber. Het stukje begint
aldus: "Iedereen kent hem, het chronische boe
kenwurm, dat zo goed en zo veel en zo intensief
leest. Hij bevindt zich in elk gezelschap. Hij loert
vanuit de diepste zetel of de verste hoek op
prooi."
De Brokmeiers wonen tot 1964 in Middelburg.
Johan verkoopt dat jaar noodgedwongen de
fabriek vanwege zijn wankele gezondheid. Een
aantal jaren later sluit het bedrijf, het complex
wordt afgebroken en een nieuwbouwwijkje ver
rijst op het terrein. Driejaar na het vertrek uit
Middelburg overlijdt Johan Brokmeier, in Epse op
de Veluwe, in een huis midden in het bos waar
zijn weduwe alleen blijft wonen. Ze kijkt later met
gemengde gevoelens terug op haar Zeeuwse
jaren. "Ik heb het niet leuk gehad. Die Zeeuwen
zijn zo klein. Zij staan achter het raam en niets
ontgaat ze." Ze blijft schrijven voor de krant, die
inmiddels NRC Handelsblad is geworden, tot ze in
1983, op haar 70ste, noodgedwongen moet stop
pen. De redactie vindt haar toon wat 'oubollig'
geworden, wat haar zeer spijt. Toch keert ze nog
een keer terug in de krant als ze in 1992 op de
achterpagina een serie herinneringen aan haar
kindertijd schrijft onder de titel 'Zo was het'. Ook
die columns worden gebundeld en ook dat boek
verkoopt goed.
Nel Heins verliest in de loop der jaren het
contact met Van der Beugel. "Waarom? Zo gaan
die dingen." Als ze in 1994 een lang artikel over
haar voormalige werkgeefster in Vrij Nederland
onder ogen krijgt, neemt ze weer contact met
haar op. Heel snel wordt de vroegere vriendschap
hersteld. "Ik schreef haar een briefje en een dag
later belde ze me al op. We bleken ook nog eens
bij elkaar in de buurt te wonen. Vanaf die tijd
bezocht ik haar maandelijks." Eenzaam was Van
der Beugel niet. "Ze woonde al sinds 1967 in haar
eentje in het bos. Ze had een goed huwelijk, maar
ze was een sterke persoonlijkheid, ze kon zonder
haar man verder. En door die sterke, warme per
soonlijkheid - en haar humor - vereenzaamde ze
niet. De mensen kwamen naar haar toe."
"Het liefst ga ik dood met de kopij voor die
week op mijn bureau", verklaarde ze eens. Als die
wens niet uit mocht komen, dan was ze "buiten
gewoon pro euthanasie". Ruim tien jaar voor haar
dood doet de lichtvoetige humoriste daar stevige
uitspraken over. "Ik geloof dat ouwe mensen
langzamerhand iets karikaturaals krijgen. Er
komt niks nieuws bij, maar hun reeds aanwezige
karakter gaat naar het karikatuur toe! Ik ben ook
lichamelijk heel bang. Niet om dood te gaan,
maar die tussenfase. Datje in een ongelijkwaar
dige relatie komt te staan." Wat haar aan het
leven bindt, zijn de volgende generaties. "Ik zit te
56
Ina van der Beugel