num, ed. J.W.J. Burgers, Hilversum 2007, p. 310.
11. Zie: Dekker, o.c., p. 29, noot 19.
12. A.C.F. Koch, J.6. Kruisheer, E.C. Dijkhof (eds.), Oorkon-
denboekvan Holland en Zeeland tot 1299 (OHZ), 5 din.,
's-Gravenhage/Assen/Maastrieht 1970-2005, dl. 1, nr.
233, dl. 4, nrs. 2455, 2534.
13. OHZ, dl. 2, nr. 823.
14. Willem Procurator, Kroniek, eds. M. Gumbert-Hepp, J.P.
Gumbert, Hilversum 2001, p. 92, 96; Chronographia
Johannisde Beke, ed. H. Bruch, 's-Gravenhage 1973, p.
149; Johannes de Beke, Croniken van den Stichte van
Utrecht ende van Hollant, ed. H. Bruch, 's-Gravenhage
1982, passim; Johan Huyssen van Kattendijke-kroniek,
eds. A. Janse, I. Biesheuvel, Den Haag 2005, passim.
15. J.F. Niermeijer (ed.), Bronnen voor de economische
geschiedenis van het Beneden-Maasgebied, dl. 1,
1104-1399, 's-Gravenhage 1968, p. 228; H. Bruch (ed.),
Middeleeuwse rechtsbronnen van Gorinchem, Utrecht
1940, p. 36; R. FruinTh.Az. (ed.), De keuren van Zeeland,
's-Gravenhage 1920, p. 244.
16. W.JJ. Pijnenburg e.a., Vroegmiddelnederlands woor
denboek, dl. 3, Leiden 2001, p. 4217; J.W.J. Burgers,
De oudste stadsrekeningen van Dordrecht 1283-1287,
Hilversum 1995, p. 44, Janne den Selandere, 1285/'86;
M. Gysseling, Corpus van Middelnederlandse teksten,
I-3, 's-Gravenhage 1977, nr. 1329, Arnoud Selandre in
de watering van Blankenberge, 1294; M. Dillo, G.A.M.
Van Synghel (eds.), Oorkondeboekvan Noord-Brabant
tot 1312, dl. 2, nr. 1535: Henricus dictus Zelandre (1312);
vele personen met de familienaam De Zeelander in de
grafelijke rekeningen van Holland en Zeeland uit de
periode van het Henegouwse Huis (1299-1345), uitgege
ven door H.G. Hamaker en HJ. Smit; H.M. Brokken, Het
ontstaan van de Hoekse en Kabeljauwse twisten, Zutphen
1982, p. 269, 581, 582, over het Haarlemse geslacht
De Zeelander, daarover ook P.A. Henderikx, De oudste
bedelordekloosters in het graafschap Holland en Zeeland,
Dordrecht 1977, p. 131, noot 55, evenals C. Glaudemans,
Om die wrake wille, Hilversum 2004, p. 231-232; K.
Goudriaan e.a., Het Goudse hofstedengeldregister van ca.
1397, Hilversum 2000, hierin: Jan de Zeelander, p. 22;
W.S. Unger (ed.), De tol van lersekeroord, 's-Gravenhage
1939, diverse personen met de familienaam De Zeelan
der; J.H.W. Unger (ed.), Bronnen voorde geschiedenis van
Rotterdam, dl. 4, Regestenlijst, Rotterdam 1907, nr. 851,
Jacob Pieter Zeelanderszoon (1363).
17. J. Reygersbergh, Dye cronijcke van Zeelandt, Antwerpen
1551; M. Smallegange, Nieuwe cronyk van Zeeland, Mid
delburg 1696.
18. W.S. Ungerfed.), Bronnen tot de geschiedenis van Mid
delburg in den landsheerlijken tijd, 3 dln.,'s-Gravenhage
1923-1931, dl. 2, p. 442; J.G. Smit (ed.), Bronnen voorde
economische geschiedenis van het Beneden-Maasgebied,
dl. 2, Rekeningen van de Hollandse tollen 1422-1534, Den
Haag 1997, p. 233, 234, 237, 248, 260.
19. H.G. Hamaker (ed.), De rekeningen der grafelijkheid van
Holland onder het Henegouwse huis, dl. 2, Utrecht 1876,
p. 156.
20. Woordenboek der Nederlandsche taal, dl. 26, 's-Graven
hage 1993, p. 1503; A. Valerius, Nederlantsche Gedenck-
clanck, Haarlem 1626, fotogr. herdruk Amsterdam 1968,
bijvoorbeeld p. 36; M.Z. van Boxhorn, Chroniickvan
Zeelandt, 2 dln., Middelburg 1644, bijvoorbeeld dl. 1, p.
26, 27, 119, 467, dl. 2, p. 51.
21. Zie noot 20.
100
Het Zeeuws en de Zeeuwen