Zeeland 23.1
...en ze vertrokken uit Zeeuws-Vlaanderen naar Roeselare...
Zeeuwse emigratie naar Roeselare 1870-1900
ROULERS. - Le Port. f
Lo van Driel
Tussen 1870 en 1900 vertrokken tientallen Zeeu
wen, gezinnen en individuen, uit de provincie. Ze
emigreerden niet naar Noord-Amerika of een
ander ver land: ze gingen wonen en werken in het
Vlaamse Roeselare. De meeste emigranten kwamen
uit Zeeuws-Vlaanderen. In Roeselare vonden ze
werk in textielfabrieken. Jonge vrouwen werden
dienstmeid. Aan deze emigratie zit nog een bijzon
der aspect: alle Zeeuwen sloten zich aan bij een
nieuw opgerichte protestantse gemeenschap. Na
verloop van tijd bestond de protestantse kerk van
Roeselare uit ruim honderd leden, van wie drie
kwart uit Zeeland kwam.
Op weg
In mei 1876 verliet de 26-jarige Abraham Leunis
met zijn gezin Terneuzen. Driejaar eerder was hij
getrouwd met Jacomina Levina Versluys; ze had
den ondertussen twee kinderen, Susanna en Pie-
ter. De laatste was bij hun verhuizing nog maar
een paar maanden oud. Wat Leunis voor de kost
deed, is niet helemaal duidelijk. Toen Bram Leu
nis Terneuzen verliet, ging hij richting Roeselare.
Op 26 mei 1876 werd hij daar ingeschreven in het
'register van vreemdelingen'. Zo goed als zeker
vond hij werk op een textielfabriek. In Roeselare
kreeg het gezin nog een nieuwe spruit. Leunis
werd niet oud: al op zijn 33ste overleed hij. Zijn
vrouw bleef met de kinderen in Roeselare wonen,
maar hertrouwde. Toen zij op 27 juli 1896 stierf,
had ze jarenlang als mutsenmaakster haar brood
verdiend. Het is een aanwijzing dat ook zij in de
textielfabriek werkte.
Het valt niet geheel uit te sluiten dat Abraham
Leunis en zijn vrouw niet op eigen houtje de ver
huizing naar Roeselare ondernamen. In dezelfde
maand mei 1876 arriveerde in Roeselare nog een
familie uit Terneuzen, het gezin van Jacob Schil-
leman en Elisabeth Bootsgezel. Jacob werkte als
onderwijzer in Sluiskil. Op het moment dat hij
met zijn vrouw en hun zes kinderen naar Roese
lare ging was hij zelfs al 61 of 62 jaar. De oudste
dochter Johanna Maria, Jansje dus, is niet tege
lijk met het gezin gekomen. Zij werkte al als
dienstmeisje bij de kort daarvoor gearriveerde,
De aanleg van het kanaal van Roeselare naar de Leie (1862-1872) bracht nieuwe industrieën. Langs het kanaal woonden in door de
industrieel Tant gebouwde huizen verschillende Zeeuwse arbeiders. Foto ca. 1900. Foto Stedelijk Archief Roeselare.
Zeeuwse emigratie naar Roeselare
11