bracht meer op en dat was dus voordelig voor de kleine teler. Voor de grote telers hoefde dit niet; zij kregen toch al een goede prijs en bij verkoop buiten de veiling om hoefden ze de veiling'provi- sie (4 a 5 procent) niet te betalen. Bij de aanvang van de Eerste Wereldoorlog waren er veilingen in Goes, Middelburg en Vlis- singen. Door de veildwang ontstonden er veilin gen te Kapelle-Biezelinge, Krabbendijke, Tholen. Schouwen-Duiveland en Kruiningen. Later, in 1929, werd er in Terneuzen ook een veiling opge richt. De geschiedenis van al deze veilingen wordt in het boek gedetailleerd beschreven; een goudmijntje voor de liefhebbers van de geschie denis van de land- en tuinbouw in deze provin cie. Het tweede deel van het boek gaat over de fusies. Als het fruit meer opbrengt als er grotere partijen gevormd kunnen worden, goed gesor teerd, dan kunnen nog betere prijzen tot stand komen als er nog grotere partijen gevormd kun nen worden door samenvoeging van veel kleine partijen. De inkopers, supermarkten bijvoorbeeld, wilden echt heel grote uniforme partijen. Dat maakt denken over fusies noodzakelijk. Er was weliswaar al het nodige overleg en er werd op veel terreinen samengewerkt, maar dat was niet voldoende. Concentratie van het aanbod om tot een betere prijsvorming te geraken was noodza kelijk, maar dit had "alleen kans van slagen als het plaats vindt in een rustige sfeer, begeleid door zakelijke inzichten", zei de Kapelse voorzitter, de legendarische landbouwvoorman P.J.J. Dekker in 1964. De besturen van Middelburg, Goes, Kapelle-Biezelinge en Krabbendijke wilden ver der. Dus, een commissie en twee jaar later een rapport. Er werd veel vergaderd en uiteindelijk ging de fusie niet door. En de grote fruitteeltcrisis begon en de prijzen kelderden. Boomgaarden werden gerooid en bedrijven stopten. Terneuzen en Fijnaart werden bij de discussie betrokken, een tweede commissie. Weer lukte het niet. In 1972 gingen Goes en Krabbendijke vrij plotseling samen verder via een topcoöperatie. Kapelle wilde ook wel mee gaan doen, en toen toch maar weer niet. Zoals het in het boek staat: "Hoewel men van de economische noodzaak tot samen werking overtuigd was, lagen de geschilpunten meer op het emotionele vlak." Topambtenaar Slis van het ministerie van Landbouw ging zich ermee bemoeien en ook hij concludeerde: "Ik heb n.1. de indruk dat de wezenlijke bereidheid om tot een effectieve samenwerking te komen, in uw midden in beperkte mate aanwezig is." Er was bij een fusie subsidie mogelijk en Slis trok aan de gouden koorden. Ook het bestuur van de ZLM ging bemiddelen Uiteindelijk, in 1974, werd er weer in de leden vergaderingen gestemd. Goes, Kapelle, Terneuzi u voor, nu was Krabbendijke tegen. Om moedeloos van te worden. In arren moede gingen nu Kapelle en Terneuzen maar ver der in een topcoöueratie, zoals die eerder ook in Goes-Krabbendijke gevormd was. In 1978 werd er opnieuw een nota opgesteld en eindelijk, mede door de economische situatie, lukte het de vier veilingverenigingen tot een positief besluit te iaten komen. Per 1 januari 1979, vijftien jaa na de eerste plannen, ging de Coöperatieve Vereniging Centrale tuinbouwvei ling Zeeland B.A. van start. Toen er begonnen werd met de uitwerking ontstonden er opnieuw problemen. Goes en Krabbendijke tegenover Kapelle en/of Terneuzen. Want, bijvoorbeeld, waar komt de nieuwbouw en hoe wordt met de restant-boekwaarden omgegaan? De integratie schoot dus niet erg op. Nu werd topambtenaar Tacken van het ministerie ingezet, die een studie liel maken door het Landbouw Eco nomisch Instituui. En eindelijk viel, na 21 jaar, in juli 1985 het besluit in alle vier de verenigingen: volledige fusie. De Coöperatieve Tuinbouwveiling Zeeland was een feit. Maar, vijfjaar later kwam de veiling Zuid-Holland-Zuid langs en in 1990 was er al weer een fusie. En in 1996 stemden de leden van deze grote veiling Holland-Zeeland opnieuw en ging deze veiling op in de Verenigde Tuinbouwveiling Nederland, The Greenery. En die valt nu uit elkaar. Jan de Jonge heeft kans gezien al deze besprekingen, vergaderingen niet alleen uitvoerig 76 Boekbesprekingen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2014 | | pagina 36