verzamelgebied, zij het dat er wel minder soorten fossielen aanspoelden. De samenstelling was dui delijk anders: veel minder verscheidenheid aan pliocene soorten; het waren voor het merendeel laat-pleistocene (eemien) soorten. Domburg is wel uniek als het gaat om het aanspoelen van materi aal uit het vroeg-pleistoceen (praetiglien). Heel dikke schelpenlagen waren in de voorgaande decennia geen uitzondering. De hoeveelheden waren zo groot dat dit materiaal commercieel werd gewonnen en gebruikt voor bijvoorbeeld wandelpaden. De Deltawerken hebben echter gezorgd voor een verdere afkalving van de Wal- cherse kust ter plaatse, waardoor periodiek sup pleties noodzakelijk werden om het strand te kunnen behouden. Door de herhaaldelijke supple ties met jong zeezand uit de Noordzee is er nu wel een mooi breed zandstrand ontstaan, maar zijn er nagenoeg geen (fossiele) schelpen meer te vinden. Dit komt vooral ook omdat de bron van het fos siele materiaal, de Put van Domburg, door deze suppleties ook met een laag zand bedekt is, waar door de daar aanwezige schelpen niet meer kun nen aanspoelen. Het blijft een dynamisch sys teem; als de suppletielaag over een aantal jaren weer verdwenen is, kunnen er weer fossielen aan spoelen. Dit zal dan van korte duur blijken te zijn, omdat tegen die tijd ongetwijfeld een nieuwe zandsuppletie zal plaatsvinden. Het strand bij Cadzand, vanaf het Zwingebied tot aan de Zwarte Polder, is vanouds bekend om de fossiele haaientanden die daar aanspoelen. Tevens spoelen hier fossiele schelpen aan, voor namelijk uit het eoceen, en overigens maar een vrij klein aantal soorten. Pliocene schelpensoor ten worden hier eveneens in geringe aantallen aangetroffen. Sinds 1988 zijn door een zandsuppletie met materiaal van de Sluisse Hompels aan het strand tussen Nieuwvliet en Cadzand ook schelpen en haaientanden uit voornamelijk het plioceen te vinden. Het aantal gevonden fossielen neemt steeds verder af, omdat dit fossielhoudende zand bij latere suppleties niet meer gebruikt werd. Dit fossielhoudende zand zal in de toekomst ook niet meer voor verdere suppleties gebruikt worden omdat het te grof is, waardoor het te gemakkelijk weer in zee terug verdwijnt. Er is hier dus sprake van een tijdelijk voorkomen van pliocene soorten. Ook op de Hooge Platen, ook wel Hooge Sprin ger genoemd, spoelen pliocene schelpen aan. Ook pleistocene soorten, met name uit het eemien, zijn hier aangetroffen. Deze zandplaat in de Wester- schelde is een beschermd natuurgebied, in beheer bij de stichting Het Zeeuwse Landschap en alleen per boot bereikbaar. Deze plaats valt vanwege zijn ontoegankelijkheid af als fossielenvindplaats, temeer daar dit gebied normaal voor bezoekers gesloten is. Conclusies De bijzondere waarde van het strand van De Kaloot is gelegen in: het wetenschappelijk belang van het aanspoe len van fossielen; de grote verscheidenheid aan soorten, waarbij nog steeds soorten gevonden worden die nieuw zijn voor de wetenschap; het lange tijdvak van de ouderdom van de fos sielen, dat een periode van ruim 40 miljoen jaar omvat; de continuïteit van het aanspoelen van fossie len; de publieke toegankelijkheid van het enige grote Zuid-Bevelandse strand. Hierdoor, en vanwege het aanspoelen van steeds nieuwe soorten, moet dit strand natuurlijk in de huidige staat behouden blijven. Vooral het gedeelte van De Kaloot dat ligt tussen het ooste lijk havenhoofd van Vlissingen-Oost en de Noordnol bij Borssele komt in aanmerking voor totale bescherming, waarbij zoveel mogelijk de huidige morfologie van het strand en het onder watergedeelte intact dienen te blijven om het stroomregime in stand te houden. Het unieke ligt vooral in de combinatie van de door erosie uitgesleten geul, die in een groot gebied de fossiele afzettingen, de zogenoemde craglaag, in de bodem aansnijdt en de daarin aanwezige fossielen loswoelt. De dynamische bewegingen van eb en vloed, in combinatie met de huidige stroompatronen, werpen de fossielen vervolgens op het nabijgelegen Kalootstrand. Zouden deze aardlagen niet onder water lig gen maar zichtbaar zijn, dan was ongetwijfeld deze ontsluiting allang via een aanwijzing en het bestemmingsplan tot beschermd geologisch monument bestemd. Nu is de aanleg van een con tainerkade op die plaats nog steeds mogelijk, zij het dan dat dit gelukkig langzamerhand wel een theoretische mogelijkheid geworden is. 100 De Kaloot

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2014 | | pagina 18