van dominee Gerardus G. Brugman met acht leer
redenen.8 De 38ste prijs was "een kantooralma
nak" ter waarde van een kwartje, en de daarop
volgende prijzen waren brei-, haak- en knooppa-
tronenboekjes, en omrekenboekjes van oude in
nieuwe landmaten. Ten slotte waren er drie plaat
werken als prijzen: Intree in Jeruzalem, Inneming
van Saragossa en Napoleon bij de Pyramiden.
Onder die titels zijn inderdaad verschillende gra
vures bekend.
Wie bovendien van Roos vier loten tegelijk
zou kopen kreeg een premie in de vorm van een
boekje. (Dat boekje was de net gedrukte catalogus
van de leesbibliotheek die er toen sinds kort in
Aardenburg was.) Bij de gewijzigde verloting was
iedereen die een lot zou kopen verzekerd van een
prijs. De opbrengst van de onderhandse loterij
was eveneens bijzonder. Roos organiseerde de
loterij namelijk om in Aardenburg te komen tot
oprichting van een christelijke bewaarschool.
Tot slot
En wat gebeurde er met Gerrits zuster, Maria
Christina Roos en haar loterijen waarmee dit
artikel begon? Haar loterij uit december 1881 was
haar laatste: in februari-maart 1882 vertrokken
zij en haar dierbare echtgenoot Abraham van Hal
naar het Vlaamse Roeselare. Daar waren hun
twee oudste jongens al eerder naartoe gegaan.
Tientallen Zeeuws-Vlamingen gingen tussen 1870
en 1900 daarheen en werden lid van de kleine,
pas opgerichte protestantse gemeente in Roese
lare. Ze vonden werk op de textielfabrieken en
weverijen. Op 9 maart 1882 lieten Maria Chris
tina Roos en haar man zich in het bevolkingsre
gister van Roeselare inschrijven. Vader Abraham
vond eveneens werk in de textiel en Maria ging
als dienstbode werken.9 Zo hadden ze uiteindelijk
toch zelf ook nog een lot uit de loterij, al heeft de
loterij des levens voor velen vooral nieten.
Noten
1. Fontijn was de achternaam van de moeder, die vaak als
(tweede) voornaam werd gegeven. Johannes F. Roeland
overleed in Aardenburg in 1902.
2. Zeeuws Archief, Register strafgevangenis Middelburg,
inv.nr. 330, inschr.nr. 564.
3. Het onderzoek richtte zich vooral op de loterijen van
na 1853, omdat de gevonden verordening vanaf dat
moment van kracht was. Dat betekent niet dat er geen
oudere verordening is geweest en evenmin sluit dat
eerdere onderhandse loterijen uit. Integendeel, alles
wijst op een traditie.
4. Johannes Jacobus Lefevre (overleden 4 april 1880, 53
jaar oud).
5. Sara van Dale was de jongere zuster van J.H. van Dale.
Deze Sara Johanna was geboren in Eeklo (9 februari
1830), huwde op 12 oktober 1876 de hulponderwijzer
Isaac Bijleveld (43 jaar) te Aardenburg en vertrok
met haar man op 13 oktober 1876 naar Domburg. Ze
overleed te Sluis, 26 februari 1909. Van de andere
prijswinnaars zijn enkele te identificeren, maar andere
niet omdat in Aardenburg verschillende mensen met
dezelfde naam woonden. Bovendien zijn enkele namen
van de prijswinnaars onzeker (moeilijk leesbaar). Ik geef
daarom geen genealogische informatie.
6. "we" zal "weduwe" zijn.
7. Lange gebreide wollen das.
8. Van Brugman zijn Acht leerredenen niet te vinden,
maar wel: Gerardus Gualterus Brugman, Zestal leer
redenen, uitgegeven door drukker T.J. Jansen in Sluis
in 1830, "Geheel ten voordeele van het armbestuur der
Hervormde Gemeente". Deze Brugman (1783-1854)
was predikant in Groede van 1837 tot zijn emeritaat in
1851. Vgl. W.M.C. Regt, Naamlijst der Predikanten van
Zeeland (Zeeuws Archief).
9. Maria Roos overleed in 1895, en Abraham van Hal in
1911 in Roeselare.
134
Kleine loterijen